Uit het poëtisch klinkende én ogende proza waaruit Welshman Cynan Jones (1975) zijn compacte romans opbouwt, met brede marges en dramatische witregels, stijgt een loodgrijze donderwolksfeer op. Ook in zijn vijfde in vertaling verschenen boek, De wetten van het water (Koppernik). In twaalf samenhangende verhalen, oorspronkelijk geschreven in opdracht van BBC-radio, schetst Jones een wereld die balanceert op de rand van een klimaatapocalyps.
De Watertrein die steden bevoorraadt, moet zwaar beveiligd worden tegen sabotageaanvallen. Hele huizenblokken wijken voor een IJsdok waar ijsbergen kunnen aanmeren. En tegen dat benauwende, bestortregende decor volg je onder meer een door een zwerfhond betoverde jongen, een vrouw op haar sterfbed én dier echtgenoot, een scherpschutter wakend over het watertransport. Uitgebeend en aangrijpend toekomstvisioen.
De Watertrein die steden bevoorraadt, moet zwaar beveiligd worden tegen sabotageaanvallen. Hele huizenblokken wijken voor een IJsdok waar ijsbergen kunnen aanmeren. En tegen dat benauwende, bestortregende decor volg je onder meer een door een zwerfhond betoverde jongen, een vrouw op haar sterfbed én dier echtgenoot, een scherpschutter wakend over het watertransport. Uitgebeend en aangrijpend toekomstvisioen.
DIRK-JAN ARENSMAN