Ik zie op straat een grappig beeldje van een egel liggen, maar als ik dichterbij kom, blijkt het een kapotte schrobborstel te zijn. Of ik denk een prachtig uitgeknipte kartonnen uil tussen de planten te zien hangen, maar het is een uitgevouwen verpakking van een koptelefoon. De glanzende oranje bal in het gras is een platgetrapte sinaasappel. De boei in de gracht is een colablikje.
Hallucinaties
Mijn zicht wordt slechter. Ik denk steeds allerlei interessante dingen te zien die dit dan toch niet zijn.