Dat gebeurt nooit, ik heb nog nooit een Fransman ontmoet die een vreemde taal sprak. Eén uitzondering, 1961, een arme Fransman in Florence, een violist die behalve in orkestjes ook op straat speelde. Ik kwam met hem aan de praat, hij merkte dat ik moeite had met zijn taal en sprak mij daarom in het Nederlands toe. ‘Hij is zo mooi als de toevallige ontmoeting op een sectietafel van een naaimachine en een paraplu.’
Grandioos
Als ik in Frankrijk ben, begrijp ik alleen wat de Fransman zegt als hij de vertaling er in het Nederlands bij doet.