Je leest dit artikel gratis. Wil je meer van de VPRO Gids? Neem een abonnement. Nu 12 weken voor slechts 10 euro. Ik wil meer lezen →
De randen van het bed
In Frontberichten beleven we de coronacrisis door de ogen van zorgverleners. Onderzoeksjournalist en filmmaker Geertjan Lassche (Brommers kiek’n, Hemelbestormers) bedacht dit vernieuwende programma.
Geertjan Lassche (1976): ‘Dat probeer ik wel te zijn en te blijven. Ik heb een strak schema. ’s Morgens om zeven uur beginnen en om negen uur ’s avonds wordt de aflevering bij de NPO geüpload. Om de twee dagen ga ik ’s ochtends heel vroeg hardlopen om een beetje fit te blijven. Ik heb het geluk dat ik op het platteland woon, daar zijn toch wat minder mensen.’
‘Toevallig was ik net een week terug uit Californië. Daar had ik gefilmd en af en toe zag ik er al wel wat mondkapjes. Eerlijk gezegd vond ik dat nogal aanstellerig. Tot die historische persconferentie op 12 maart, waarna ook een paar van mijn filmprojecten stilvielen. Ik zat te denken: neem ik een sabbatical of zal ik dan eindelijk eens een boek gaan schrijven? Maar op zondagmiddag kreeg ik opeens dit idee. Eigenlijk heel simpel. Ik heb al vaker gefilmd in ziekenhuizen en weet dat ze daar verschrikkelijk moeilijk doen. Elk jaar wordt dat erger en lastiger.
Een waarachtige documentaire over corona in het ziekenhuis maken zonder communicatieafdeling die je op de hielen zit is een mission impossible. Toen dacht ik: we kunnen het ook omdraaien door gebruik te maken van moderne communicatiemiddelen. Maken we van zorgverleners cameramensen en verslaggevers. Dat opzetje heb ik op een kladje geschreven en naar Sander van den Eeden van BNNVara gestuurd. Die vond het een interessant idee en na wat pingpongen met de netmanager zei hij: laten we een pilot gaan maken. Het plan was een wekelijks programmaatje op zaterdagavond. Dat was nog zo op donderdag. Op vrijdagochtend was de vraag echter al: kun je het ook elke dag maken en vanavond beginnen? Drie weken was de bedoeling, maar we zijn nu al bij aflevering 29 aangekomen.’
‘Gigantisch. Ik heb ook bij actualiteitenrubrieken gewerkt en dit is gewoon weer TweeVandaag en Netwerk van vroeger. Met elke middag weer de stress van: gaan we het redden? Hebben we alles? Kloppen de verhaallijntjes? Inmiddels zit er een enorme redactie op, waarvan ik trouwens iedereen alleen online ken. Ik heb ze nog nooit ontmoet. Er is wel een digitaal smoelenboek gemaakt waarin iedereen tien zinnen over zichzelf heeft verteld om het een beetje menselijk te houden.’
‘Eerst kwam het allemaal via onze eigen telefoons, maar die zaten na vier dagen allemaal propvol. Nu is er een apart nummer waar alle vlogs via WhatsApp binnenkomen, en iedere ochtend bekijken we met de redactie al het materiaal. In die zin is het precies hetzelfde als documentaires maken. Materiaal dat authentiek, urgent of intens is komt vanzelf wel bovendrijven. Daarbij spelen ook de wetten van televisie. Je hebt gewoon mensen die onmiddellijk door het glas van je schermpje knallen. Vooral mensen die doorgaans niet worden uitgenodigd voor talkshows doen het in Frontberichten heel goed. Die zijn vaak ook atypisch, maar wel authentiek, met een urgente boodschap. Hardwerkende mensen die met ontzettend veel passie hun werk doen. Die vind je ook niet tijdens de research. Pas in hun vlogs zie je wie een hoofdpersonage kan worden. Dan maak je een verhaallijntje en komt het echt binnen. Dat beklijft enorm, je weet niet wat je ziet. Dat vind ik wel de ontdekking van dit programma, en in die zin zet deze bijzondere situatie allerlei televisiewetten opzij.’
‘Ik heb documentaire nooit als een kunstvorm gezien, maar als een ambacht, zoals journalistiek, waarbij af en toe kunst ontstaat. Die technieken daarvan kun je hierbij prima gebruiken. Hoe primitief en amateuristisch het materiaal ook líjkt, het is datzelfde materiaal waar je als documentairemaker op aanslaat, omdat je ermee door een sleutelgat naar binnen kunt kijken. Om even iets te zien wat je anders niet ziet. Gisteren bijvoorbeeld, in Nunspeet. Lopen er twee marsmannetjes hun nachtronde door een verpleeghuis. Van kamer naar kamer, helemaal ingepakt. Zulke surrealistische inkijkjes kun je vooraf niet bedenken. Het mooie van Frontberichten is ook dat we trends meestal drie dagen eerder bespeuren, omdat wij zoveel antennes in het veld hebben. Zo hoorden wij al vroeg van docenten dat er op sommige kinderen geen zicht meer was. Nu zie je dat zorgpersoneel zich begint af te vragen hoelang ze dit nog trekken. In het begin waren het eendimensionale helden, maar Nederland is ongeduldig en wil weer naar buiten. Men heeft even een podium gekregen, maar binnenkort gaan ze weer de anonimiteit in. Mogen ze in stilte de hele zomer doorknallen.’
‘Alles is van voorbijgaande aard. Voor de meeste mensen is zorgverlener straks weer een gewoon beroep.’
‘In het begin wel, maar eerlijk gezegd levert zelf zoeken doorgaans niet het beste resultaat op. Het mooiste materiaal is er opeens, en je ziet als redactie ook direct wat echt bijzonder is. Van ongeveer veertig verschillende mensen per dag krijgen we materiaal, en die sturen gemiddeld tien tot vijftien vlogs. Je moet ook constant opletten of niet een of andere flippo thuis een mondmasker op doet en in zijn badkamer een heel verhaal gaat houden. Patiënten worden geblurd. Uiteindelijk gaat dit ook niet over hen, maar over het front, de randen van het bed. De crisis vanuit de beleving van zorgverleners. Een ideetje dat opeens een dagelijkse uitzending werd en inmiddels een weekendbulletin is, maar straks is het wel klaar.’
‘Alles kan, maar op een gegeven moment is het verhaal wel verteld. Dan wil ik met een tweede blik naar het materiaal kijken en er een tijdsdocument van maken over de manier waarop Nederland hier doorheen gekomen is.’
Vrijdag t/m zondag, aansluitend op nieuwsuur vanaf ± 22.00 uur op
NPO 2, met herhalingen op NPO 1 rond middernacht