VPRO Gids 49

5 december t/m 11 december
Pagina 18 - ‘Wraak zonder grenzen’
papier
18

Cadeautje!

Je leest dit artikel gratis. Wil je meer van de VPRO Gids? Neem een abonnement. Nu 12 weken voor slechts 10 euro. Ik wil meer lezen →

Wraak zonder grenzen

Laurens Bluekens

Rik Delhaas doet voor Argos regelmatig onderzoek naar de lange arm van Iran in Nederland. Op basis van dit dossier maakte Jacco Versluis een tv-documentaire over het onderwerp. ‘De Nederlandse overheid moet niet vreemd opkijken als Iran een keer terugslaat.’

Een sympathisant van de vermoorde Ahmad Mola Nissi toont zijn afbeelding.

Wie een reis maakt door Iran stuit hoogstwaarschijnlijk op een van de talloze straten en pleinen die zijn vernoemd naar Hafte Tir. Deze naam verwijst naar 28 juni 1981, volgens de Iraanse telling dag zeven (haft) van de maand Tir (de eerste zomermaand) in het jaar 1360. Die dag kwamen maar liefst 73 kopstukken van de Islamitische Republikeinse Partij om het leven bij een bomaanslag in hun hoofdkwartier in Teheran. Onder de slachtoffers was opperrechter ayatollah Mohammad Beheshti, die op grootayatollah Ruhollah Khomeini na de machtigste man van de nog prille islamitische republiek was. De revolutie van 1979 was nog vers, er woedde een felle interne machtsstrijd en Iran was verwikkeld in een oorlog met Irak.

‘Volgens het OM is er geen enkele aanwijzing dat Iran bij de moord op Motamed was betrokken’

Rik Delhaas

Tot op de dag van vandaag wordt Beheshti in Iran als martelaar van de revolutie vereerd. Afgelopen zomer kondigde de Tehran Times een toneelstuk over zijn leven aan, dat opent met de dood van Mohammad Reza Kolahi Samadi. Deze Iraanse dissident zou volgens de Iraanse autoriteiten in 1981 de bom hebben geplaatst, waarvoor hij bij verstek – Samadi zat inmiddels ondergedoken – ter dood werd veroordeeld. Vervolgens belandde hij in Nederland als politiek vluchteling, waar hij onder de schuilnaam Ali Motamed een rustig leven als elektromonteur opbouwde. Daar kwam eind 2015 een bruut einde aan toen hij op straat in Almere werd doodgeschoten.

Noodknop

Motamed is niet de enige naar Nederland gevluchte Iraniër die geliquideerd werd. In 2017 vond ook Ahmad Mola Nissi voor zijn huis in Den Haag de dood. De Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst beweert dat er aanwijzingen zijn dat Iran betrokken was bij de moorden op Motamed en Nissi. Onduidelijk is om wat voor aanwijzingen het gaat en hoe sterk ze zijn. Nissi was een van de oprichters van de Arab Struggle Movement for the Liberation of Ahwaz (ASMLA), een groep die strijdt voor zelfstandigheid van de Iraanse provincie Khuzestan. In 2015 leidde onenigheid over steun uit Saoedi-Arabië tot een breuk binnen die groep. Daarom is er zowel in Denemarken als in Nederland een tak van de ASMLA. Wie een uurtje googelt ziet dat Nissi aan het hoofd stond van een organisatie die geen problemen heeft met gewelddadig verzet tegen de Iraanse autoriteiten, die zij als bezetters van Khuzestan zien. En hun boodschap wordt openlijk vanuit Nederland gepropageerd.

Een Iraanse presentator van programma’s die de Deense afsplitsing van de ASMLA uitzendt vanuit Nederland zit inmiddels vast op de terrorismeafdeling van de Penitentiaire Inrichting Vught. Het Openbaar Ministerie verdenkt deze Eisa S. ervan dat hij, in samenwerking met drie verdachten die terechtstaan in Denemarken, aanslagen in Iran voorbereid en gefinancierd heeft. Daarbij zouden in november 2018 ten minste twee leden van de Iraanse Revolutionaire Garde zijn omgekomen. Net als Motamed en Nissi liep Eisa S. gevaar om in Nederland vermoord te worden door de Iraanse autoriteiten. Vandaar dat hij al een tijd beschikking had over een noodknop.

Hamvraag

Terwijl de moord op Motamed op een Iraanse vereffening van een oude rekening lijkt, zijn de moord op Nissi en de intimidatie van Eisa S. onderdeel van de spionageoorlog tussen aartsrivalen Iran en Saoedi-Arabië. Vanaf de revolutie van 1979 kent Iran een lange traditie van het belagen van dissidenten en verzetsgroepen in het buitenland – of ze nu gewelddadig zijn of niet. Velen gaan ervan uit dat Saoedi-Arabië dit soort groeperingen in het geheim financiert om Iran dwars te zitten.

Onderzoeksjournalisten Rik Delhaas en David Davidson van Argos presenteerden afgelopen jaren samen met hun team allerlei primeurs over de spionageoorlog. De televisiedocumentaire die journalist Jacco Versluis op basis hiervan voor Human maakte biedt een actueel overzicht van het dossier. Op basis van al dan niet anonieme bronnen uit de Iraanse gemeenschap binnen en buiten Nederland volgt de documentaire de verhalen van Motamed, Nissi en Eisa S. Zo komen de dochters van Nissi aan het woord, evenals Adel Soiedi, politiek secretaris van de Nederlandse asmla. Met hen spreekt Versluis over hoe Iran hen bedreigt en in hoeverre gewapend verzet tegen Iran is toegestaan.

‘Je zou kunnen zeggen: Iran en Saoedi-Arabië mogen hier hun gang gaan, als het maar niet te opzichtig is’

Jacco Versluis

Zo komt de documentaire uit op de hamvraag: hoe moet Nederland omgaan met de lange arm van Iran op Nederlands grondgebied? Versluis en Delhaas zetten vraagtekens bij de manier waarop Nederland dit tot nu toe deed. Versluis: ‘Het is duidelijk dat het Iraanse regime naar onze maatstaven behoorlijk verwerpelijk is. Als je ziet hoe het land zich gedraagt in het Midden-Oosten en hoe er wordt omgegaan met mensenrechten, andersdenkenden en de vrijheid van meningsuiting. Alleen: hoever mag je als gevluchte Iraniër gaan in je verzet daartegen? Hoeveel ruimte moet Nederland daarvoor bieden?’ Door Eisa S. te vervolgen trekt Nederland in elk geval een grens bij het oppakken van wapens tegen een andere staat. Maar op basis van wat er de laatste jaren wel is toegestaan op Nederlands grondgebied vraagt Versluis zich af in hoeverre Nederland zich altijd inspant om die grens duidelijk te maken. ‘Je kunt ook zeggen dat Iran en Saoedi-Arabië hun gang mogen gaan, zolang het maar niet te opzichtig is.’

Wisselgeld

Als reactie op de moorden op Motamed en Nissi zette Nederland twee Iraanse diplomaten uit. Dat wilde Nederland in stilte doen, maar het lekte uit via Reuters. Versluis: ‘Als ik een vergelijking mag maken: een tijdje terug onthulde Argos dat de Eritrese ambassadeur in Nederland Eritrese Nederlanders geld afhandig maakte door afpersing. Terwijl die ambassadeur het land is uitgezet, mag de Iraanse ambassadeur gewoon blijven zitten.’ Afgezet tegen de grotere geopolitieke en economische belangen lijken de geliquideerde Iraniërs voor Nederland slechts wisselgeld. In antwoorden op Kamervragen geeft minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok aan dat de nucleaire deal met Iran voorop staat. De leden van de VN-Veiligheidsraad plus Duitsland en de Europese Unie kwamen in 2015 tot dat akkoord met Iran om te voorkomen dat het land zich ontwikkelt tot nucleaire mogendheid. Daarop nam de handel tussen Europa en Iran een vlucht. In 2018 trokken de Verenigde Staten zich terug uit de deal, maar de EU is vastbesloten ermee door te gaan.

Wat Versluis vooral cynisch vindt, is de mogelijkheid dat iemand van de Nederlandse overheid bewust de andere kant op keek bij de activiteiten van Nissi. Versluis. ‘Zijn dochters zeggen dat de AIVD vanaf het moment dat hun vader in Nederland arriveerde precies wist wie hij was. Hij kwam in 2006 in Nederland aan, in dat jaar heeft de ASMLA nog aanslagen in Iran gepleegd. Dan moet je als Nederlandse overheid ook niet vreemd opkijken als Iran vroeg of laat een keer terugslaat.’

Roze olifant

De documentaire probeert ook na te gaan of, en zo ja sinds wanneer, Nederland op de hoogte was van de ware identiteit van elektromonteur Motamed. Een klip-en-klaar antwoord is er niet. Versluis heeft aanwijzingen dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst al vanaf het begin op de hoogte was van Motameds identiteit, iets wat zijn weduwe op de dag van zijn overlijden ook heeft gezegd. Later werd weer verklaard dat Motamed onder een andere schuilnaam zou zijn binnengekomen. Heel overtuigend lijkt dat niet te zijn, meent Versluis. Delhaas gaat liever af op zijn aanwijzingen dat Nederland Motameds echte identiteit juist níét kende.

Voor de moord op Motamed werden twee Amsterdamse jongens en de man die hun betaalde opgepakt en veroordeeld. Een motief is niet gevonden. Delhaas vindt het opmerkelijk dat het verhaal over Iran buiten de rechtszaak over de moord op Motamed is gebleven. ‘Zijn ware identiteit is in de rechtszaak geen enkele keer genoemd. De officier van justitie haalde alleen een geheim ambtsbericht van de AIVD aan. Volgens het OM is er geen enkele aanwijzing van betrokkenheid van Iran en zijn er geen aanknopingspunten om dat verder te onderzoeken.’ Mogelijk worden de aanwijzingen die de AIVD heeft over Iraanse betrokkenheid niet gebruikt in de rechtszaal omdat ze bronnen of methoden van de geheime dienst kunnen prijsgeven.

In de rechtszaak tegen presentator Eisa S. is de bemoeienis van Saoedi-Arabië de roze olifant in de kamer: het om rept er met geen woord over. En dat terwijl Denemarken er geen doekjes om windt. In de Deense aanklacht staat dat de Saoedi’s de Deense afsplitsing van de ASMLA hebben gefinancierd en dat dit geld is gebruikt om aanslagen in Iran voor te bereiden en om te spioneren voor Saoedi-Arabië. Waarom benoemt Denemarken de spionageoorlog tussen Iran en Saoedi-Arabië wel, maar Nederland niet? Delhaas durft het niet met zekerheid te zeggen. ‘Misschien komt het doordat Nederland zo’n open economie heeft en handelsbelangen voorop zet. Maar het kan ook aan een individuele aanklager in Denemarken liggen die dit op tafel wil hebben.’

Oordeel

Denemarken begon veel eerder dan Nederland met een strafrechtelijk onderzoek naar de handel en wandel van de asmla. De zender van de groep in Denemarken is uit de lucht gehaald omdat het terrorisme zou verheerlijken. Pas toen bleek dat Eisa S. in dezelfde appgroepen zat als de verdachten in Denemarken startte Nederland een eigen onderzoek. Maar het OM lijkt niet echt door te pakken. Versluis: ‘Bij een pro-formazitting tegen Eisa S. zei de officier van justitie dat het OM het geldverkeer gaat onderzoeken tussen Eisa S. en de mensen die in november 2018 de aanslag hebben gepleegd. Na afloop vroeg ik aan iemand anders van het OM of er ook nog onderzocht gaat worden hoe Eisa S. op zijn beurt aan het geld kwam. Deze persoon zei wel te begrijpen waarom journalisten dat graag willen weten, maar reageerde laconiek op de vraag of het onderzoek ook echt gaat plaatsvinden. Het OM lijkt de rol van Saoedi-Arabië klein te willen houden.’

Versluis en Delhaas benadrukken dat ze in de documentaire alleen feiten willen aandragen. ‘We proberen gewoon uit te zoeken wat er aan de hand is. Het is natuurlijk verontrustend dat Iraanse vluchtelingen de dood vinden op de straten van Almere en Den Haag, net zoals het verontrustend is dat Saoedi-Arabië kennelijk Iraanse verzetsgroepen in Europa opstookt om bijvoorbeeld aanslagen te plegen in hun thuisland. Op de vragen die de documentaire oproept, hebben wij ook niet meteen het antwoord. Het is uiteindelijk aan de kijker zelf om een oordeel te vellen.’

Argos online

Argos en Medialogica bundelen vanaf 10 december online hun krachten en werken samen op een nieuw multidisciplinair onlineplatform. Het publiek krijgt met het nieuwe onlineplatform een frequenter en afwisselender aanbod van lange en korte journalistieke producties, verspreid over meerdere kanalen. Argos is een samenwerkingsverband tussen Human en VPRO.

Meer Argos

Binnenkort wijdt Argos op de radio een aflevering aan de ASMLA-verdachten in Denemarken. Enkelen van hen zitten vast, maar een van hen, de Iraans-Zweedse Habib Chaab, verdween onlangs in Turkije en is in handen gekomen van het Iraanse regime. Over de exacte toedracht doen verschillende verhalen de ronde: Turkije zou hem uitgeleverd hebben aan Iran, of hij zou ontvoerd zijn naar Iran. In een andere radio-uitzending hoopt Argos meer te kunnen onthullen over de Saoedische betrokkenheid bij de ASMLA en andere groepen die het Iraanse regime vanuit Europa proberen te ondermijnen.

De lange arm van Iran
NPO 2, donderdag 10 december, 22.20-23.05 uur