Je leest dit artikel gratis. Wil je meer van de VPRO Gids? Neem een abonnement. Nu 12 weken voor slechts 10 euro. Ik wil meer lezen →
12 voor 21
Eindejaarslijstjes zijn fijn, maar daar zijn er al zoveel van. Daarom presenteert de VPRO Gids liever een nieuwjaarslijstje: twaalf nieuwe boeken om 2021 mee in te lezen. Van Poolse jongensliefde achter het IJzeren Gordijn tot Israëlische vrouwen die weigeren te baren.
Langs de rivier
Esther Kinsky
Slavist en vertaler Esther Kinsky groeide op langs de Rijn, in Noordrijn-Westfalen. Haar grootvader kon aan de geur van de rivier het weer voorspellen en ook haar vader was sterk gehecht aan de rivier en liet geen gelegenheid voorbijgaan om de pont te nemen. Langs de rivier gaat echter niet over de Rijn, maar over de Lea, de Engelse rivier waar Kinsky vlakbij woont en waar ze dagelijks langs wandelt. Ze luistert naar de vogels, raapt veren, stenen en zaaddozen op en ziet telkens iets nieuws.
In wonderschone, poëtische observaties brengt ze niet alleen dit kleine stukje natuur tot leven, maar ook de mensen uit haar buurt die, net als zij, immigranten zijn. Dit is proza dat je niet leest om het verhaal, laat staan om de plot, maar om de precieze, elegante formuleringen van Kinsky, die niet voor niets vaak met W.G. Sebald wordt vergeleken
Klimaatverdriet
Marek Sindelka
Wie aan een boek van deze grote hedendaagse Tsjechische schrijver begint, is voorbereid op serieuze shit. Sindelka verdoet zijn (en onze) tijd niet met licht verteerbare verhaaltjes. Nadat hij in Materiaalmoeheid schreef over twee broers die naar Europa vluchten en elkaar daar kwijtraken, bevinden we ons in Klimaatverdriet ergens in de nabije toekomst.
Europa wordt geplaagd door hittegolven en stortbuien; het historische centrum van Praag is zelfs onbewoonbaar na verwoestende overstromingen. Ergens in de stad wordt Kryŝtof Warjak bruut ondervraagd door twee rechercheurs. Warjak is botanicus; dat klinkt onschuldig genoeg, maar hij heeft zich gespecialiseerd in de smokkel van bedreigde planten. Dat gegeven biedt Sindelka de kans los te gaan over levensgevaarlijke berenklauwen, zeldzame orchideeën en de Rafflesia arnoldii, een bladloze plant met een vijftien kilo wegende bloem die de geur van ontbindende lijken verspreidt
Verwachting
Anna Hope
Soms heb je het geluk zonder enige verwachting aan een boek te beginnen om vervolgens al na een paar pagina’s te weten dat je beet hebt. Dit was zo’n boek. Anna Hope doet niet aan vormexperimenten, maar levert gewoon een ontzettend fijn, warmbloedig verhaal over toekomstverwachtingen, moederschap, relaties en ouder worden. Verwachting volgt de levens van drie vriendinnen die als twintigers bij elkaar in een aftands huis in Londen wonen waar ze zorgeloos gelukkig en verwachtingsvol over de toekomst zijn.
Maar gaandeweg sluipt het echte leven binnen, in de vorm van moeizame relaties, tanende schoonheid, huilende baby’s, bemoeizuchtige schoonmoeders en mislukte ivf-pogingen. Laat je niet op het verkeerde been zetten door het omslag, dat ruikt naar feelgoodchicklit; dit is een subtiele, gegarandeerd kitsch- en clichévrije roman
De jongen die met wolken speelde
Franco Faggiani
Deze Italiaanse journalist, die pas na zijn pensionering romans ging schrijven, kennen we nog van Het jaar dat Shizo Kanakuri verdween, die prachtroman over een Japanse hardloper die in 1912 naar de Olympische Spelen in Zweden gaat. Ditmaal neemt Faggiani ons mee naar het chaotische Italië van de laatste oorlogsjaren. Filippo Cavalcanti is 72, professor in de archeologie en niet van plan te buigen voor de fascisten.
Vanwege het feit dat hij Duits spreekt, wordt hij van Rome naar Tirol gestuurd om een zending geroofde kunstschatten te controleren die naar Duitsland zal worden vervoerd. Daar ontmoet hij een jonge kruimeldief, die terug wil naar zijn geboorte-eiland Ischia. Omdat de professor niks meer te verliezen heeft, gaat hij in op een riskant voorstel dat hem dwars door het door oorlogsgeweld geteisterde Italië zal voeren. Ondanks het grimmige decor valt er veel te lachen om de roadtrip van deze stekelige professor
De rivier
Karl Marlantes
Wie van een dik, historisch, sociaal bewogen familie-epos houdt dat zich uitstrekt over generaties, zit bij Marlantes gebakken. Eerder al verwerkte hij in de bestseller Matterhorn zijn oorlogservaringen als marinier in Vietnam, voor De rivier diende de geschiedenis van zijn voorouders losjes als inspiratie. Deze 763 pagina’s tellende baksteen verscheen eind oktober al, maar kreeg nog weinig aandacht.
Het verhaal begint in Finland, in 1901, waar de vrijgevochten Aino dankzij een progressieve schoolmeester oog krijgt voor sociaal onrecht. Net als haar broers vertrekt ook zij naar Amerika. Hier gaat ze als vroedvrouw werken en zet ze zich in voor de rechten van de arbeiders in de houtkapindustrie langs de oevers van de machtige Columbia. Marlantes kent die wereld van nabij en schrijft gedetailleerd over de harde romantiek van de wildernis die in razend tempo werd ontgonnen.
De anderen
Sarah Blau
Vier studentes uit Tel Aviv besluiten geen kinderen te krijgen. Ze noemen zichzelf ‘de anderen’ en putten inspiratie uit het Oude Testament. Maar in Israël is het niet minder dan een doodzonde om je bewust niet voort te planten. Twintig jaar nadat ze hun pact sloten, zijn drie van de vier vrouwen dood. Naäma pleegde zelfmoord, Dina en Roniet zijn vermoord.
Alleen de grofgebekte en enigszins mislukte Sheila, die rondleidingen geeft in het Bijbels Museum, leeft nog, dus wordt zij al snel verdacht van medeplichtigheid aan hun dood. Blau verpakt haar confronterende verhaal over bewuste kinderloosheid als een spannende whodunit waarin het wemelt van de religieuze verwijzingen. In Israël was dit een controversiële bestseller
Meer VPRO Boekengids?
Alle mensen zijn sterfelijk
Simone de Beauvoir
Altijd spannend, een boek herlezen dat zo’n verpletterende indruk achterliet op de gretige maar nog niet zo kritische lezer die je ooit was. Deze bestseller stamt uit 1946 en mijn doorrookte pocket uit de jaren tachtig heeft de vele verhuizingen niet overleefd. Maar nu is er een heruitgave. Dus gaan we eens kijken of de avonturen van de Italiaanse edelman Fosca, die in 1279 werd geboren maar dankzij het drinken van een elixer onsterfelijk is, ons nog steeds van de sokken blazen.
De onsterfelijke Fosca reist door de wereld(geschiedenis) en ontmoet in een hotel in de provincie de ambitieuze actrice Régine, die nog gelooft dat het eeuwige leven iets nastrevenswaardigs is. Haar geliefde Fosca weet na achthonderd jaar wel beter. ‘Ik leef, maar ik heb geen leven. Ik zal nooit sterven, maar ik heb geen toekomst. Ik ben niemand. Ik heb geen historie en geen gezicht.
Zwemmen in het donker
Tomasz Jedrowski
Nu Polen al meer dan honderd lhbtq-vrije zones telt, wil je weleens een roman lezen over hoe het is om gay te zijn in dat land. Die roman is er nu, hoewel die niet in het Pools is verschenen. Jedrowski heeft Poolse ouders, maar groeide op in Duitsland en schrijft in het Engels. Zijn debuutroman speelt zich af in 1980: toen de communistische partij nog stevig in het zadel zat, maar Polen wel werd geplaagd door inflatie en massale demonstraties.
De dromerige idealist Ludwik ontmoet op een landbouwkamp de praktischer aangelegde Janusz. Met hem rooit hij bieten, zwemt hij in het meer en proeft hij van verboden liefde. Maar na die paradijselijke zomer keren ze terug naar het echte leven, dat gekleurd (en verscheurd) wordt door politieke keuzes. Ludwik weigert zich te conformeren en kiest James Baldwin als onderwerp voor zijn afstudeerscriptie, terwijl Janusz een baan accepteert als censor. Recensenten vergeleken Jedrowski al met Alan Hollinghurst, dus dat belooft wat.
Het ontsterven
Anne Boyer
Vrienden haken af, minnaars verdwijnen, collega’s mijden je en je Twittervolgers ontvolgen je, ontdekte Anne Boyer toen ze op haar 41ste ineens geen dichter en poëziedocent meer was, maar borstkankerpatiënt. Er zijn al (te) veel boeken over borstkanker geschreven, maar Boyer doet het toch weer heel anders. Ze haalt er grote dichters en denkers als Susan Sontag en Virginia Woolf bij, maar schetst ook de realiteit van het keiharde Amerikaanse gezondheidszorgsysteem.
‘Eén infuus met chemo kostte meer dan ik zelfs in mijn beste jaar heb verdiend.’ Tien dagen nadat haar beide borsten zijn afgezet, staat ze weer voor de klas. Niet omdat ze dat zo graag wil, maar omdat ze haar ziekteverlof heeft opgebruikt. Een even rauw als filosofisch verslag over de realiteit van doodziek zijn
De sneeuwpanter
Sylvain Tesson
Deze Franse schrijver woonde ooit een half jaar in zijn dooie eentje in een hut in Siberië. Daarna liep hij in een paar maanden dwars door Frankrijk, uitsluitend over onverharde wegen en door ruige natuur. Over beide ervaringen schreef hij een boek, op grond waarvan je kunt vaststellen dat Tesson iemand is die het nogal met zichzelf heeft getroffen. Toch is zijn nieuwe avontuur weer iets om je op te verheugen.
Ditmaal gaat hij op pad met fotograaf Vincent Murier die op de Tibetaans-Chinese grens de uiterst zeldzame sneeuwpanter wil vastleggen. Op vijf kilometer hoogte, in een gebied waar menselijk leven onmogelijk is, gaan Tesson en zijn mede-expeditieleden op zoek naar de schuwe sneeuwpanter in zijn ijspaleis. Op die ijskoude hellingen ontmoet hij wilde ezels, wolven, antilopes, jaks, vossen en fluithazen. Een paradijs bij -30°C.
De wereld is niet stuk te krijgen
Maxim Osipov
Paustovski woonde er, net als Nadjezjda Mandelstam, maar tegenwoordig is het Russische stadje Tarusa vooral bekend als de woonplaats van Maxim Osipov. Hij is niet alleen cardioloog in het plaatselijke ziekenhuis, maar ook schrijver van korte verhalen. Dus wordt hij, hoe kan het ook anders, als moderne Tsjechov voorgesteld. Overeenkomsten zijn er genoeg, al situeert Osipov zijn verhalen niet alleen in de trein of het theater, maar ook in het vliegtuig.
‘Dit verhaal speelt zich af in onze tijd’, is een van zijn beginzinnen. Voor dokter Osipov liggen de personages voor het oprapen: de onzindelijke zigeunervrouw met haar gouden tanden en eczeem, illegale Oeigoeren, een Tadzjiek wiens organen zonder overleg worden getransplanteerd. En tussen al die treurigheid ineens een terloopse verwijzing naar Pasternak, Poesjkin of Anna Achmatova.
Valentijn
Elizabeth Wetmore
Jaren deed Elizabeth Wetmore over haar eerste roman, die verscheen toen ze 52 was. Dat het zo eindeloos lang duurde, komt omdat er tussen het schrijven door geld moest worden verdiend. Pas toen haar man er een tweede baan bij nam, kon ze het boek afmaken. En als deze doorbijter vervolgens ook nog wordt vergeleken met Elizabeth Strout en Barbara Kingsolver, is onze interesse gewekt.
Wetmore komt uit Texas, uit een arbeidersfamilie. Zodra het kon, nam ze de benen, maar voor haar roman gebruikte ze haar geboortegrond wel als decor. Valentijn speelt zich af in 1976, in Odessa, een suf stadje waar de olie elk moment uit de grond kan spuiten. Voor de mannen betekent dat werk en geld, de vrouwen vrezen als gevolg daarvan onrust en geweld. De brute mishandeling van een 14-jarig Mexicaans meisje zet de onderlinge verhoudingen in het stadje op scherp.
Veel uitgeverijen hebben besloten hun nieuwe titels later uit te brengen in verband met de lockdown. Enkele getipte boeken zullen daarom pas eind januari verschijnen.