VPRO Gids 7

13 februari t/m 19 februari
Pagina 24 - ‘De toekomst heet lowtech ’
papier
24

De toekomst heet lowtech

Hans van Wetering

Hightech staat voor vooruitgang, is grondstof van economisch beleid. Maar niet iedereen is ervan overtuigd dat hightech de heilige graal is. Waarom iets hightech doen als het ook lowtech kan? ‘Hightech is een retorische strategie om R&D-geld te krijgen.’

Lowtech-vensterbankserver van Kris DeDecker

De website van Kris De Decker’s Low-tech Magazine ziet er prachtig uit, met stripachtige tekeningen van machines en wonderlijk ingekleurde zwart-witfoto’s. Maar het is niet het artwork dat de site zo bijzonder maakt. ‘Deze website draait op zonne-energie, wat betekent dat ze af en toe uit de lucht gaat,’ luidt een waarschuwing bovenin. Ter rechterzijde geeft een icoontje de accustatus aan: 57 procent. Op de site is ook een weersvoorspelling te vinden, inclusief de te verwachten ‘up-time’, zodat de bezoeker zijn bezoek kan plannen: misschien toch beter nu meteen dat artikel gelezen, want morgen wacht een bewolkte dag. De website draait op een eigen server die van stroom wordt voorzien door een kleine accu verbonden aan een zonnepaneeltje op de vensterbank, legt De Decker uit. Dat kan doordat de site heel klein is gemaakt, onder meer door de low-res zwart-witafbeeldingen van een ‘steunkleur’ te voorzien, een oude druktechniek.

De Decker geldt als een van de wegbereiders van lowtech. Hij publiceerde er boeken over, houdt lezingen en doet advieswerk, maar wat lowtech nu precies is, blijft lastig, zegt hij: ‘Het is een relatief begrip: de oude Nokia waarmee ik bel heet nu een dumbphone, maar vijftien jaar geleden was het hightech. De Decker was tien jaar wetenschaps- en technologiejournalist voor onder meer Knack en De Standaard voor hij Low-tech Magazine oprichtte. ‘Ik schreef over hightech-onderwerpen, en ze waren heel blij met mijn artikelen, maar ze zeiden: ja maar Kris, je besluit elk artikel over nieuwe technologie met “maar het gaat niet werken”. Dat was waar. Ik stel gewoon vragen, en als een wetenschapper die met algenbrandstof bezig is dan een antwoord geeft waaruit blijkt dat er meer energie in gaat dan eruit komt, tja.’ De Decker trok zijn conclusies, verhuisde naar Catalonië en begon Low-tech Magazine.

Op de site staan artikelen over allerlei ‘oude technologie’ die wat De Decker betreft een nieuw leven verdient. Het gaat over thermo-elektrische houtkachels, over warmtemolens, over ‘fruitgrachten’ (subtropische planten kweken bij vrieskou), over persluchtbanken. ‘De loodzuuraccu waarop de website draait, probeer ik door zo’n persluchtbank te vervangen,’ zegt De Decker. ‘Het voordeel van perslucht is dat je het heel goed kunt opslaan, en de footprint is klein: de tank gaat veel langer mee dan een accu, en je hebt alleen ijzer en lucht nodig. Nadelen zijn er ook hoor, het is minder efficiënt, en als de tank leeg raakt, loopt het voltage – nou ja de luchtdruk – langzaam terug… dat moet ik nog oplossen. Het maakt bovendien lawaai, dus ik ben heel benieuwd hoe mijn buren erop gaan reageren; dat hoort er ook bij.’

Impact

‘Hightech is een retorische strategie om R&D-geld te krijgen,’ zegt wetenschaps- en technologiehistoricus Johan Schot, hoogleraar Global Comparative History and Sustainability Transitions aan de Universiteit van Utrecht. De innovatiestrategie van landen richt zich vaak op gelden toekennen aan ondernemingen die hightech-onderzoek doen, maar dat is niet per se effectief, want 95 procent van alle technologische ontwikkelingen betreft verbeteringen van bestaande technologie.’  

Om de waarde van nieuwe technologie te bepalen, moet je kijken naar de impact, zegt Schot, dat aspect mist vaak tegenwoordig. ‘Als je in de middeleeuwen technologie introduceerde die voor werkloosheid zorgde, werd je in de gevangenis gezet. Als je nu een arbeidsbesparende techniek introduceert die voor veel economische groei zorgt ben je een held.’