Twee stijve washandjes aan een waslijn doen me meteen aan mijn geweldige oma denken. Ik gebruikte haar washandjes ooit in een verhaal en sindsdien zitten ze extra goed in mijn geheugen. Ik noemde haar Omi. Ze noemde mij Poppedijn. Iets wat ik verschrikkelijk vond. Als ze boos was noemde ze me IEN! Dan had ik toch liever dat ze me Poppedijn noemde.
Twee washandjes
Misleid door beloofde lente hingen er twee dubbelgeklapte, bevroren washandjes in mijn straat.