woensdagetalage
Koude sanering
De mijnsluitingen hadden massale werkloosheid en misère tot gevolg. De door Den Haag beloofde banen bleven uit.
Het stof daalt
NPO 2 xx.xx-xx.xx
Op 17 december 1965 kondigde minister van Economische Zaken Joop den Uyl in de Stadsschouwburg van Heerlen de sluiting – binnen tien jaar – van de mijnen aan. Deze bittere pil werd verguld door een hoopgevende toezegging: ‘geen mijnsluiting zonder redelijk perspectief op ander werk’. Maar wat was ‘redelijk’? Ondanks herhaalde beloften werden voor 75.000 man mijnpersoneel uiteindelijk niet meer dan 16.000 banen geschapen. In ‘Èndj’ (Einde), de derde aflevering van Het stof daalt, beweert Sjeng Kremers zelfs dat Den Uyl hem afraadde (‘Niet doen, nooit aan beginnen’) om Zuid-Limburg aan meer werk te gaan helpen. Mijnwerkerszoon en hoogleraar Kremers was er vanaf 1977 gouverneur en praatte in Den Haag – ná het vertrek van Den Uyl – meer geld los en probeerde Euro Disney naar Limburg te halen, rekenend op duizenden arbeidsplaatsen. Maar Heerlen weigerde, volgens Kremers door verzet ‘tot op de preekstoel’. Waarna het pretpark uitweek naar Parijs. Het lukte wel Navohoofdkwartier Afcent naar het terrein van de Hendrik in Brunssum te halen. Goed voor 2500 man buitenlands militair personeel, maar niet voor ex-mijnwerkers. Bij autofabriek DAF in Born konden wel duizend kompels aan de slag, maar ze verdienden er minder en misten vaak het saamhorigheidsgevoel van voorheen. Later kwamen nog de Belastingdienst en het CBS naar Zuid-Limburg.
Het ritme van de mijn had voor opeenvolgende generaties het hele leven bepaald, van de wieg tot het graf. ‘De mijn zorgde voor alles,’ aldus Kremers, maar dit had ook tot lijdzaamheid en gebrek aan eigen initiatief geleid. Ander werk, een heel ander leven, konden velen zich niet goed voorstellen, en met hun werk verloren ze ook hun zelfrespect. Hun kinderen werden ook werkloos, wat dankzij de Janse Bagge Bend (‘Du mos sollicitere / vievenzeventig breeve’) tot heel Nederland doordrong. Het verval van de regio werd het duidelijkst zichtbaar in Heerlen, ooit zowat de rijkste stad van Nederland, nu rond de spoortunnel het toneel van junks en straatprostitutie. In Heerlen was de mijnschoorsteen Lange Jan bij de sloop verkeerd omgevallen, op de villa waarin het bureau voor mijnschade was gevestigd. Hoe symbolisch.