Het valt niet mee je voor te bereiden op een gesprek met Melanie Wallace. Dat ze Amerikaanse van geboorte is maar nu in Griekenland woont, is zo ongeveer het enige dat we met behulp van Google aan de weet komen. ‘Dat klopt,’ glimlacht de schrijfster verontschuldigend, ‘ik ben een heel teruggetrokken iemand.’ Ze kijkt een beetje verlegen, het moet nog wennen om op tournee te zijn.
Melanie Wallace is een laatbloeier; 56 is ze nu en haar debuut ' Blue Horse Dreaming' , een historische roman over de Amerikaanse burgeroorlog, verscheen drie jaar geleden. ‘Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik een schrijver was, maar ik was een schrijver die jarenlang niet schreef. Toen ik eenmaal begon, had ik het geluk dat ik meteen een uitgever vond en dat mijn roman ook nog goed besproken werd. Het heeft lang geduurd voor ik ging schrijven, maar ik denk dat ik daardoor wel meteen mijn eigen stem had. Ik ben nooit bang geweest andere schrijvers te imiteren. Uiteindelijk zijn er maar twee verhalen: iemand gaat of iemand komt. We schrijven allemaal over dezelfde thema’s, het gaat om de manier waarop je zo’n idee benadert.’
Ze woont in Griekenland, waar ze niet veel meer te doen heeft dan tomaten kweken, geiten verzorgen en de buren helpen met het binnenhalen van de oogst. ‘Schrijven is een ambacht, daar hou ik van. Het denken over een boek vind ik veel moeilijker. De structuur bepalen. Ik kan uren nadenken over de volgende zin. Soms heb ik op een dag drie pagina’s, soms drie alinea’s, soms maar drie zinnen. Het is een traag proces.’