De centrale Openbare Bibliotheek Amsterdam bestaat vijf jaar. Het lustrum werd in de nacht van vrijdag 7 op zaterdag 8 juli ingeluid met de radiomarathon De literaire Top 45 van Max Pam, een co-productie van Human en VPRO, gepresenteerd door Wim Brands.
Max Pam, onder meer literair criticus voor HP/De Tijd, onthulde welke 45 Nederlandstalige literaire werken vanaf 1900 hij de beste vindt en besprak ze allemaal – er zit ook non-fictie tussen – met de gasten Peter Buwalda, Piet Calis, Jaap van Heerden, Boudewijn van Houten, Frans Janssen en Kristofer Schipper. Naast Hermans, Mulisch en Reve staan op Pams lijstje ook bijna vergeten auteurs. De sessie in de OBA eindigde met een feestelijk ontbijt, waaraan ook OBA-directeur Hans van Velzen aanschoof.
Uit de Nederlandse literatuur sinds 1900 koos Max Pam zijn favorieten: 'De literaire Top 45 van Max Pam'. Nederlandstalige titels, meest fictie met een enkel non-fictie boek ertussen. Samen met een aantal gasten besprak hij (in vijf uur) alle vijfenveertig boeken.
De 45 beste boeken uit de Nederlandse literatuur (1900-2012) volgens Max Pam
1. De donkere kamer van Damocles (1958) - W.F.Hermans
Een onvergankelijk meesterwerk met dubbelgangers-motief.
2. De avonden (1947) - G.K. van het Reve
Een onvergankelijk meesterwerk met het Einzelgangers-motief.
3. De ongelooflijke slechtheid van het opperwezen (1987) - Karel van het Reve
Kraakheldere essay’s van een logica, die bijna bedwelmend is.
4. Oost-Indisch kampsyndroom (1992) - Rudy Kousbroek
Met een heftigheid en een scherpzinnigheid geschreven, die in de Nederlandse literatuur verder niet voorkomt.
5. De Koning (1987) - J.H. Donner
Stukken en artikelen over het schaakspel van een ongekend niveau, inmiddels ook in het buitenland als zodanig erkend.
6. Hedendaagsch fetisjisme (1925) - Carry van Bruggen
In 1925 geschreven, maar zeldzaam modern. Een mooi voorbeeld hoe iemand zijn tijd vooruit kan zijn.
7. Titaantjes\Uitvreter\Dichtertje (1918) - Nescio
Bevat de mooiste beginzin uit de Nederlandse literatuur, dus je zou denken dat zijn werk eeuwigheidswaarde heeft, maar laatst hoorde ik iemand op de radio vragen: “Hé, heette-ie Grönloh? Familie van Anneke?”.
8. De bende van de stronk (1932) - Paul van Ostaijen
Een krankzinnig verhaal over een roverhoofdman zonder benen.
9. Zaak 40-61 (1962) - Harry Mulisch
Journalist Mulisch verslaat op voortreffelijke wijze het Eichmann-proces.
10. Rood paleis (1936) - F. Bordewijk
Ik was nog jong en het was voor het eerst dat ik een boek las, dat in een bordeel speelt. Ik las het met rode oortjes, hoewel er geen onvertogen woord in voorkomt.
11. Fascisme en de nieuwe vrijheid (1938) - Jacques de Kadt
Politieke essay’s op een niveau dat voor Nederland uniek is.
12. Het gouden ei (1984) - Tim Krabbé
All-time classic. Verfilmd en nog een keer in Hollywood verfilmd en vervolgens door Jan Doedel van het Fonds voor de Letteren afgekeurd wegens te geringe literaire kwaliteit.
13. Waan (1905) - Marcellus Emants
Wie weet dat dit boek een soort Lolita avant la lettre is?
14. Land van herkomst/De man van Lebak (1935) - E. du Perron
Door Vestdijk verongelijkt een “anti-roman”genoemd, maar dat is de Max Havelaar ook.
15. Meneer Visser’s hellevaart (1934) - Simon Vestdijk
Het schijnt dat Vestdijk het procédé van Joyce heeft gestolen, maar het is toch één van Vestdijks weinige boeken waarbij ik tijdens het lezen hardop moest lachen.
16. Het verboden rijk (1932) - J. Slauerhoff
Trots verklaarde Slauerhoff dat hij tot de chaos behoorde en nimmer tot orde zou geraken. Dat leek mij vroeger ook wel wat.
17. Ik Jan Cremer (1964) - Jan Cremer
Heeft sex – de flipstand! – de Nederlandse literatuur binnengebracht.
18. Onze Hoogmoed/Erotisch dagboek - Boudewijn van Houten
Een meesterlijk boek over een waar gebeurde vervalsing, maar zo opgeschreven dat de daders romanfiguren zijn geworden.
19. Een dag in Amsterdam (1971) - K. Schippers
Er zijn weinig boeken waar een mens zo treurig van kan worden als van dit boek, oftewel: wat het dagelijkse leven nu eigenlijk betekent.
20. Prijs van een hoofd - J. W. Holsbergen
Een ten onrechte vergeten verhalenbundel van een terecht vergeten schrijver.
21. Een ellendige nietsnut (1963) - Remco Campert
Op de flap wordt Hans van Straten geciteerd, die geschreven schijnt te hebben: “Remco Campert is hard op weg de Van Oudshoorn te worden van de nieuwe generatie”. Zelden heeft iemand zo ongelijk gehad.
22. IJsprinses (1982) - Eric Terduyn
Een raar boek van de surrealist Eric Terduyn, die eigenlijk E. van Moerkerken heette.
23. Tegels lichten (1972) - H.J.A.Hofland
Wie wil weten waarom Nederland zo’n saai consensus-land is, kan daar in dit boek op een opwindende manier over lezen.
24. Het oog van de engel (1991) - Nelleke Noordervliet
Thriller, pyschologie en sex, geschreven door een vrouw, wat wil je nog meer?
25. De vlieger (1998) - Maarten ’t Hart
’t Hart is een schrijver die steeds beter wordt naarmate hij ouder wordt. Dit boek getuigt van die ontwikkeling.
26. Liefde en goudvissen - Jacques Gans
Een beetje een sullig maar ontroerend boek over een praatjesmaker.
27. Wees blij dat het leven geen zin heeft (1990) - Jaap van Heerden
Meesterlijke essay’s en columns, waarin wordt uitgelegd wat er niet deugt aan ideologieën.
28. Omtrent Deedee (1983) - Hugo Claus
Een Vlaams epos, een tikje overschat, maar niettemin een zeer geschikt om op reis mee te nemen.
29. Quia Absurdum (1906) - Nico van Suchtelen
Destijds een bestseller, maar nu totaal vergeten. Toch heb ik gesmuld van al die rampen die Walden, de commune van Frederik van Eeden, wisten te treffen.
30. Mijn benul (1969) - Jan Hanlo
Een aandoenlijk boek van de zieligste figuur uit de Nederlandse letteren.
31. De bomen (1953) - A. Alberts
Stond bij mijn ouders in de kast. Het was de eerste keer dat ik met literatuur in aanraking kwam. Veel aan verschuldigd en nooit meer vergeten.
32. Mijn kleine hersentjes (1972) - Johnny van Doorn
Als je zijn stem erbij hebt gehoord, ben je voorgoed verkocht.
33. Plantage Muidergracht (1988) - Adriaan Morriën
Roddelpraat van zeer hoog niveau.
34. Van het kleine koude front (1962) - J.B. Charles
Ook al vergeten, maar het bevat toch een aantal hilarische boutades tegen mensen die voor, tijdens en na de oorlog fout zijn geweest.
35. Hampton Court (1931) - Menno ter Braak
Z’n eerste roman. Misschien geen meesterwerk, maar er staan een aantal beschrijvingen in, die mij altijd zijn bijgebleven.
36. Het einde van mensen in 1967 (1999) - Herman Brusselmans
Het schijnt dat niemand nog Brusselmans leest, “omdat hij te veel schrijft”. Ten onrechte, hij kan het nog steeds, zoals blijkt uit deze in 1999 verschenen roman.
37. Het ik, heroisch-individualistische dagboekbladen (1911) - Lodewijk van Deyssel
Zo mag je niet schrijven, maar het is ook weer schaamteloos, dat het ook weer wel kan.
38. Ik ga mijn eigen baan - Apie Prins
Niet te verwarren met Arij Prins. Een idioot boek, nergens meer te koop, maar geschreven door onze bohémien.
39. Vervlogen jaren (1938) - Frans Erens
Je hebt wel eens dat herinneringen aan beroemde tijdgenoten beter zijn dan die tijdgenoten zelf.
40. De buurman (2012) - J.J. Voskuil
Tot pagina 287, deel 3.
41. Gods wegen zijn duister en zelden aangenaam - Bob den Uyl
Heel vreemd: een mooie verhalenbundel van een goede schrijver die in geen enkel handboek over de moderne Nederlandse literatuur voorkomt.
42. Rituelen (1980) - Cees Nooteboom
Een alleraardigst boek, maar daarna is een beetje het onweer in zijn hoofd geslagen.
43. Bonita Avenue - Peter Buwalda
44. Tonio - A.F.Th van der Heijden
45. Taal is zeg maar niet echt mijn ding - Pauline Cornelisse