In Amerika is het eerste deel verschenen van de romancyclus 'Mijn strijd'. James Wood bespreekt het boek in The New Yorker. Van Wood is net een Nederlandse vertaling verschenen van 'How Fiction Works'.

Mijn strijd is de titel van de romancyclus waaraan de Noorse schrijver Karl Ove Knausgård de afgelopen jaren als een bezenete heeft gewerkt. Na Vader, dat vorig jaar verscheen, is nu ook Liefde in het Nederlands vertaald, het tweede deel. Onderwerp van de cyclus: het leven van Knausgård. Er was veel lof, maar ook veel verontwaardiging. Niet alleen de titel, verwijzend naar Mein Kampf van Adolf Hitler, schoot sommigen in het verkeerde keelgat, ook het ogenschijnlijk zonder terughoudendheid schrijven over familie en bekenden werd niet door iedereen op prijs gesteld. Desondanks won hij alle belangrijke Noorse literaire prijzen en groeide Knausgård uit tot een literaire ster. De boulevardpers ontfermde zich net zo fanatiek over hem als de boekenbijlages. Zijn cyclus werd een onverbiddelijke bestseller, en terecht.

Ook in Amerika lijkt het werk van Knausgård aan een opmars bezig. Daar is het eerste deel van Mijn strijd net verschenen, waarna de toonaangevende criticus van The New Yorker, James Wood, er onmiddellijk een stuk aan wijdde. Van diezelfde Wood is overigens net een Nederlandse vertaling verschenen van How Fiction Works, een prachtboek dat leest als een anatomische les. Ter tafel het lichaam van de literatuur. Maandag praat De Avonden met Arie Storm, die het boek vertaalde als Hoe fictie werkt.

Het gesprek dat De Avonden eerder voerde met Karl Ove Knausgård is hieronder te beluisteren.


Het gesprek met Arie Storm over Hoe fictie werkt kan je hier terug luisteren: