Het is misschien een wat onlogische keus, om Een stelsel van elementaire levensvoorwaarden aan te bevelen als summer read. Het begint al met de wat stroeve titel. De schrijver, Anthony Marra is bovendien een debutant die nog lang geen dertig is. Maar dat verbleekt allemaal bij het onderwerp: dit boek speelt zich af in een afgelegen dorpje in Tsjetsjenië.
Je moet maar durven om als jonge Amerikaan je eerste roman te situeren in een door oorlog verscheurde Russische deelstaat. Liggen de wortels van Anthony Marra wellicht in deze contreien en hebben we hier te maken met de oude, vertrouwde emigrantenroman? Nee. Anthony Marra groeide op in Washington en was zelfs nog nooit in Tsjetsjenië geweest toen hij zijn boek schreef. Wel verbleef hij een tijdje als uitwisselingsstudent in Sint Petersburg. Daar raakte hij gefascineerd door de berichtgeving over de oorlog in Tsjetsjenië. Zo werd de kiem gelegd voor een boek dat overloopt van ambitie.
In Een stelsel van elementaire levenswoorwaarden (de titel komt uit een medische encyclopedie) vertelt Marra het verhaal van Havaa, Achmed en Sonja. Havaa is een wijsneuzig meisje van acht jaar wier vader van zijn bed wordt gelicht door Russische soldaten die daarna het huis in brand steken. Havaa heeft zich verstopt in het bos, waar ze door haar buurman, de zachtmoedige Achmed, wordt gevonden. Hij neemt haar mee naar de enige veilige plek die hij kan bedenken: het plaatselijke ziekenhuis. Daar werkt welgeteld nog één dokter, die samen met een oude, narrige verpleegster de boel draaiende houdt. Voor deze Sonja, die medicijnen studeerde in Moskou, is het afzagen van ledematen dagelijkse praktijk. Bij gebrek aan morfine gebruikt ze heroïne om de patiënten koest te houden.
In ruil voor het opvangen van Havaa belooft Achmed, die ooit zelf medicijnen studeerde, haar te assisteren in het ziekenhuis. Langzaam groeit dit onwaarschijnlijke drietal naar elkaar toe en krijgen wij een kijkje in hun ontwrichte levens.
Een stelsel van elementaire levensvoorwaarden is in Amerika wel vergeleken met Alles is verlicht, de debuutroman van Jonathan Safran Foer. Inhoudelijk zijn beide boeken mijlenver van elkaar verwijderd, maar qua stijl, sfeer en ambitie doen ze inderdaad wel aan elkaar denken. Met dit verschil dat Marra het zichzelf oneindig veel moeilijker heeft gemaakt door voor dit ongebruikelijke decor te kiezen. Ondanks het loodzware onderwerp slaagt hij erin een toon te vinden die niet sentimenteel is, en ook niet deprimerend. Want uiteindelijk is dit vooral een verhaal over menselijke veerkracht.
Of dit boek recht doet aan de Tsjetsjeense realiteit is moeilijk te beoordelen. Marra ging er pas in 2012 voor het eerst naartoe. Zijn boek was toen al geschreven, hij kon alleen nog feiten controleren. Zo was hij net op tijd om de scène waarin een roltrap voorkwam te schrappen. Want zijn verhaal speelt zich af in 2004, terwijl de allereerste Tsjetsjeense roltrap pas in 2007 in gebruik werd genomen.
Wat moeten we lezen deze zomer? Katja de Bruin kiest uit de stapel in haar vensterbank recent verschenen boeken die onopgemerkt dreigen te blijven.
Anthony Morra – Een stelsel van elementaire levensvoorwaarden (Oorspr. A Constellation of Vital Phenomena).
Vertaling: Hien Montijn
Uitgever: De Bezige Bij - 382 pagina’s