De eerste keer... de avond voor Crossing Border
Woensdag heb ik mijn spullen ingepakt en was ik voornamelijk zenuwachtig. Niet dat ik er tegenop zag, maar ik dacht ineens: wow, maandagmiddag ben ik pas weer thuis, eng. Al die nieuwe mensen, als ik maar niet stomme dingen ga zeggen. Donderdag kregen we gelukkig een uitgebreide briefing waarin duidelijk werd dat er vrij weinig verplichtingen zijn, zo mag je zelf bepalen waar je de columns over wil schrijven.
De eerste keer... wakker worden in Den Haag
Ik was panisch dat ik mijn deadline van 12.00 uur voor mijn eerste column niet zou halen, dus ik had mijn wekker gezet om 04.00 uur, zodat ik nog een werkdag van acht uur voor de boeg had. Dan sta je natuurlijk niet helemaal jofel op, dus toen ben ik een uur blijven liggen, en nog een uur. Om half zeven ben ik compleet brak uit bed gerold en dacht ‘ik moet eerst een peuk’. Na een rondje hotel en die Belinda Menthol-sigaret ging het beter. Het is jammer dat het zo ongezond is roken, want het is ideaal.
De eerste keer... Voorlezen
Ik zag met name op tegen het interview in het Engels daarna. Vooraf hebben we in een kring met de schrijvers even gesproken en toen bleek dat iedereen wel nerveus was, dat schept saamhorigheid. We zitten met z’n allen in dat rottige schuitje. Dat we in een hotel in Den Haag zitten op een festival, ja, zwaar leven.
De eerste keer... Vertaald worden
Te gek. Dat je ineens een tekst die je al honderd keer gelezen hebt onder ogen krijgt in een andere taal, maar toch jouw tekst is, en hetzelfde gevoel heeft. Waanzinnig knap hoe Alice Paul dat doet. Het werk van vertalers wordt enorm onderschat. Mooi aan dit project vind ik, dat er aandacht en waardering voor hun vak wordt getoond. Hoeveel vertalers ken je bij naam? Noem een Freedom van Franzen, daarvan vind ik het nu erg dat ik niet weet wie de vertaler is.
De eerste keer... Met je boek leuren
Voor mijn debuut Alles is altijd fictie heb ik een actie opgezet waarin we mensen op straat vroegen of ze bereid waren te liegen, en dat waren ze. Ik leende een camera en vroeg voorbijgangers wat ze van mijn boek vonden, dat ze nog niet gelezen konden hebben. Het was fantastisch, zeiden ze, het had hun leven veranderd. Daarmee had ik genoeg zelfvertrouwen om naar uitgeverij Prometheus te stappen.
De eerste keer... Mai Spijkers ontmoeten
Ik schreef hem een ouderwetse brief, op Sinterklaasavond, dat ik een kwartiertje van zijn tijd wilde. Toen ik inderdaad bij hem op bezoek kwam, zei hij: ‘je hebt vijf minuten’. Dat op de kast jagen werkte goed, ik reageerde meteen ‘Ja, hallo, jij was te laat.’ Er viel een lange stilte en hij moest wel lachen. Zo is hij, Mai vindt het leuk je te testen, maar eigenlijk is hij heel vriendelijk en betrokken bij zijn schrijvers. Ik heb mijn idee gepitched, maar dat had ik wel beter voor mogen bereiden. Ik vertelde dat mijn hoofdpersonage geslacht- en naamloos was en verder niet veel. Toch kreeg ik de volgende dag al een mail: dat we waarschijnlijk wel iets voor elkaar konden betekenen.
Alle columns van Daphne Huisden zijn hier te vinden.