De Duitse schrijver Albert Vigoleis Thelen oogstte lof in de hoogste regionen van de wereldliteratuur. Thomas Mann, Hermann Hesse, Herta Müller... Maarten 't Hart. Toch geldt zijn boek 'Het eiland van het tweede gezicht' nog steeds als onbekend meesterwerk.

Volgens Maarten 't Hart schreef Vigoleis Thelen 'het mooiste boek van de twintigste eeuw'. Dat boek laat zich heel lastig navertellen. Ruim 990 bladzijden telt het. Een memoires zou je het kunnen noemen, maar je kunt het evenzeer een schelmenroman noemen. Met dat verschil dat Vigoleis Thelen voortdurend speelt met de grens tussen fictie en werkelijkheid. Hij gebruikt steeds zijn verbeelding om zijn geschiedenis vleugels mee te geven, beschrijft zichzelf eerder als personage dan als mens van vlees en bloed. Vigoleis Thelen is Vigoleis Thelen, maar toch ook weer niet. Hij toont in zijn boek zijn 'tweede gezicht'. Halverwege de jaren vijftig schrijft Die Zeit over hem dat hij zich tot zichzelf verhoudt als een schrijver uit de romantiek zich verhoudt tot zin romanpersonage. De krant typeert Het eiland van het tweede gezicht als een romantisch-ironisch zelfportret en de auteur als een dandy, estheet, een anarchistisch solipsist en een romantische nihilist. Als je zoveel etiketten nodig hebt, dan heb je te maken met een ongrijpbaar boek. Dat zal er tegelijk voor gezorgd hebben dat Vigoleis Thelen altijd een writers writer is gebleven en zijn boek nooit tot de canon is doorgedrongen. Geheel ten onrechte overigens.
 
Vigoleis Thelen woonde in de jaren twintig in Amsterdam. Later ging hij naar Mallorca, en daarna, na het uitbreken van de Spaanse burgeroorlog, naar Zwitserland. Later keerde hij weer terug naar Amsterdam, daarna naar Zwitserland en ten slotte, in 1986, vestigede hij zich in Duitsland, keerde terug naar de streek waar hij was opgegroeid.
 
Het eiland van het tweede gezicht is nu opnieuw uitgegeven, in een nieuwe vertaling van Wil Boesten, bij uitgeverij Home Academy Publishers. De Rode Hoed belegde een avond over de schrijver, waar Maarten 't Hart, Wil Boesten en uitgever Christoph Buchwald (die Vigoleis Thelen goed heeft gekend) met elkaar spraken onder leiding van Wim Brands.
 
Maarten 't Hart kende hem overigens ook, hij ontmoette de auteur in 1977. Het verslag van daarvan is te lezen op dbnl.

 

'Albert Vigoleis Thelen beschrijft in deze roman de avonturen van Beatrice en Vigoleis op het eiland Mallorca van 1931-1936. Hij beschrijft hoe Vigoleis en Beatrice in een zeer bedenkelijk huis van plezier belanden, hoe ze zich als toeristengids voordoen om aan geld te komen en hoe Vigoleis emplooi vindt als schrijfhulp van Robert (von Ranke) Graves. Het tweetal blijft niets bespaard, en als ze na bijna duizend bladzijden het eiland verlaten op de vlucht voor generaal Franco, zou de lezer liefst meteen weer van voren af aan beginnen.'