Zoons favoriet was ‘Stekelvarkentjes wiegelied’: ‘Suja suja Prikkeltje, daar buiten schijnt de maan’. Voorgelezen (gezongen) uit het boek dat zijn oma ons cadeau deed. Zijn broer ging als peuter door de dagen in een trui met daarop Pluk van de Petteflet. Toen was de schepster van al dat fantasierijks inmiddels enige jaren dood.
Annie Maria Geertruida Schmidt (1911-1995) heeft niet alleen een overstelpende hoeveelheid werk in velerlei vorm geproduceerd, er kwamen gaande haar leven ook ‘honderden brieven en andere documenten, talloze interviews en artikelen’ tot stand. Biografe Annejet van der Zijl, een van de Zomergasten dit jaar, heeft het geweten. Haar veelgeprezen, voor de Gouden Uil en de Ako Literatuurprijs genomineerde en met de Zeeuwse Boekenprijs bekroonde Anna, in 2002 verschenen, putte uit al die bronnen, en meer. Dat leidde weer tot een (gemengd ontvangen) televisieserie, Annie M.G; in 2010 voor het eerst uitgezonden. De titeldame wordt erin door liefst vijf actrices verbeeld (de baby meegerekend). Vanaf vandaag herherhaalt NostalgieNet de zeven met liedjes gelardeerde afleveringen, nadat deze daar dit voorjaar ook al te zien zijn geweest. Krijgen we van Annie geen genoeg?
‘Mijn moeder was een fantast die alles bij elkaar loog en aan de naarste of saaiste gebeurtenis nog een komische draai gaf,’ zei Schmidts zoon Flip van Duijn in een publicatie over Van der Zijl. ‘Iedereen was dol op die stoute troeteloma die rookte en dronk, maar ik zag een onzekere, afhankelijke dame op leeftijd die blind was en een drankprobleem had.’ Van Duijn was zeer te spreken over het eerlijkere, echtere beeld dat in Anna werd geschetst. ‘Ze was nooit erg inspirerend in gezelschap,’ aldus voormalig Parool-directeur Wim van Norden. ‘En nog jaren heb ik gedacht: hoe kan het dat zich in dat hoofdje dingen afspelen waar volle zalen naar snakken?’
Meer kennis van de achtergronden van waaruit mevrouw Schmidt schreef – want wie ontkomt er ooit aan zijn/haar komaf en de daaruit ontstane verdere omstandigheden? –, leidt als vanzelf tot interpretaties. Zo leest ‘De wurm’ – ‘Er zit een wurm in onze juttepeer, dat weten we nu zoetjesaan wel zeker’, opgenomen in een Gerrit Komrij-canon – anders, wetende op welke manier depressiviteit Schmidt vertrouwd was. En zegt het misschien zelfs iets over Prikkeltje? ’Je bent een stekelvarkentje, maar trek het je niet aan.’