Het jaar is nog pril, maar het is niet ondenkbaar dat we de beste Nederlandstalige roman van 2019 al hebben gelezen. De vlucht van Gilles Speksneijder van M.M. Schoenmakers is zo’n boek dat de missionaris in je wakker roept: waar blijven de recensies? Waarom heeft het boekenpanel van DWDD dit nog niet omhoog gehouden? Is er ergens een boekhandel die een etalage heeft ingericht waarin tientallen exemplaren fraai zijn uitgelicht? Ligt het dan tenminste prominent op de tafel met nieuwe titels bij de bibliotheek?
Helaas is dat allemaal niet gebeurd. Volkskrant Magazine stuurt geen interviewer bij hem langs en hij wordt ook niet uitgenodigd voor een lunchgesprek met NRC Handelsblad. Schoenmakers is namelijk geen mediagenieke schrijver. Het meest recente interview met hem dateert uit 1994. Reinjan Mulder toog toen naar ‘een nieuwbouwwoning aan de rand van Den Bosch’ om de schrijver op te zoeken.
Een citaat: 'Ik ben geen entertainer,' heeft Schoenmakers me van tevoren gewaarschuwd. De schrijver haat interviews. Hij beseft dat zijn uitgever De Bezige Bij een groot financieel risico neemt door zijn moeilijk verkoopbare boeken uit te geven en ziet daarom in dat hij een enkele keer uit de anonimiteit zal moeten komen. Een gesprek over het schrijven gaat hem ook niet gemakkelijk af. “Bij een interview wil ik alles van tevoren voorkoken,” zegt hij. “En na afloop moet ik het dan nog heel lang herkauwen. Dat leidt me vreselijk af.” Hij heeft een blocnote klaarliggen met alles wat hij me de komende uren wil zeggen.'