Tanja Nijmeijer - uit het Twente dorp Denekamp - wordt na omzwervingen in november 2002 guerrillastrijdster bij de FARC in Colombia. Ze is mooi en slim, kortom een perfect boegbeeld voor de FARC om het imago van de strijd van de guerrillero’s te romantiseren. Tanja vertelt in haar boek hoe ze als Gronings studente uiteindelijk via een stage in Colombia belandt. In Groningen begon haar ruige leven. De openhartigheid van Nijmeijer is te prijzen: over zowel haar privéleven en haar bestaan als guerrillastrijdster kom je veel te weten. Zo vertelt ze over de ontmaagding van Arjen Lubach en het ongenoegen daarover van haar moeder: “Ach mam, dat was in mijn studententijd en bovendien jaren geleden. Wist ik veel dat-ie een BN’er zou worden?”
In het boek staat ze uitvoerig stil bij haar sexy imago: “Er is veel geschreven over mijn liefdesleven in de jungle, en ik ben door de Nederlandse en Colombiaanse media tot stoeipoes en liefje van meerdere commandanten bestempeld. Naar mijn idee had ik een normaal en heel onbevangen seksleven, waar soms lust en soms verliefdheid bij kwamen kijken (en nooit een commandant, overigens). Ik was vierentwintig toen ik bij de FARC ging, en ik had mijn wildere jaren aan de Universiteit van Groningen al achter me liggen, maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat ik nooit seks had.”