Dat Theodor Fontane, die onder andere in Effie Briest negentiende-eeuws Pruisen met z’n rangen en standen vereeuwigde, ook het misdaadgenre beheerste, blijkt uit Onder de perenboom (Wereldbibliotheek, vertaling Martin Michael Driessen), een ingenieus gecomponeerd, deels op feiten gebaseerd, psychologisch verfijnd en intrigerend verhaal over een raadselachtige moord in een dorp in de Oderbruch, ten oosten van Berlijn, waarin Fontane ook jeugdherinneringen verwerkte.

Een herbergier met speelschulden bedenkt samen met zijn vrouw een ingenieus moordplan dat hem van geldzorgen moet bevrijden. Zowel de dorpelingen, koddebeier en dominee als een rechter worden door de dader op het verkeerde been gezet, maar met één tegenstander weet hij niet af te rekenen: zichzelf.