Aan de bekendste ervaringsdeskundige schrijvers over de goelag Solzjenitsyn en Sjalamov mag beslist de naam van Dalia Grinkevičiūtė (1927-1987) worden toegevoegd. In Litouwen hoort ze tot de nationale literaire canon. In 1941 werd Dalia als veertienjarige gymnasiaste samen met haar broer en moeder door de Russen vanuit Kaunas naar een Siberisch strafkamp bij de Noordelijke IJszee gedeporteerd. Ze wist dwangarbeid onder de meest verschrikkelijke omstandigheden te overleven.
Na de oorlog teruggekeerd naar Litouwen, noteerde Dalia haar ervaringen, begroef de aantekeningen uit angst voor de KGB – en vond ze nadien niet meer terug. Vier jaar na haar dood doken ze alsnog op. Haar verbijsterende dagboek, tevens een monument voor de factor hoop, verscheen als Schaduwen over de toendra (Ambo|Anthos).