Veel aan Hotel Lonely Hearts (Meulenhoff) van Heather O’Neill klinkt waarschijnlijk hopeloos zoetsappig. Het verhaal van twee weeskinderen, Pierrot en Rose, die in de jaren twintig in Montreal opgroeien onder de knoet van heksachtige horrornonnen. Zielsverwanten die, respectievelijk wonderkind op de piano en betoverend komisch danstalent, verliefd worden en dromen van een nog-lang-en-gelukkig-toekomst als wereldberoemd circusechtpaar. Tot het noodlot en de Grote Depressie hen jarenlang van elkaar scheiden… Een liefdestearjerker op weg naar een happy end, zou je zeggen. Tot je weet dat beiden als heroïnejunk en pornoactrice in de onderwereld verzeild raken. En dat dromerige romantiek, terloops tragiek en macaber Tim Burton-absurdisme elkaar hier soepeltjes afwisselen. In een feministisch (!) sprookje vol maanzieke gangsters, poëtische clowns en sprankelend metaforenvuurwerk.
Verliefde zielsverwanten die dromen van een nog-lang-en-gelukkig-toekomst als wereldberoemd circusechtpaar.