Het is ‘s ochtends nog rustig in Must See. De rode loper ligt er nog wat
verlaten bij en verschillende groepjes mensen zijn in de weer met decorstukken.
Op een paar MBO-scholieren na, die wachten op een vertoning van het Shorts-
programma, is er nog weinig publiek. Directeur van het festival Leo Hannewijk
zwaait met zijn pasje naar de portier: ‘Ik ben hier nog niet bij iedereen
berucht,’ grapt hij.
Hannewijk, die al tien jaar ervaring heeft als
directeur van het Film by the Sea festival in Vlissingen, is redelijk tevreden
over de opkomst. ‘De opening was zeer succesvol, 1400 mensen. Ik vond het
donderdag moeizaam op gang komen, moet ik eerlijk zeggen. Maar ik heb me laten
vertellen dat Breda een moeilijke stad is om te veroveren. Daarom hebben we een
zeer divers programma. Doelstelling van dit jaar is 10.000 bezoekers, en dat
moet ieder jaar verdubbelen.’
Het IFFB is ontstaan uit de wens van
de gemeente Breda om zich als stad van beeldcultuur te profileren. Met de
kunstacademie Sint Joost, het Graphic Design Museum een game-opleiding en
verschillende beeldgerelateerde festivals, kon een filmfestival niet ontbreken
. ‘Het unieke aan dit festival is dat het film met andere uitingen van de
beeldcultuur combineert. We zoeken aansluiting met fotografie, internet,
videokunst, games en machinema.’
Daarbij is sprake van een
succesvolle kruisbestuiving tussen de festivals in Vlissingen en Breda. ‘Alle
research en contacten die we hier hebben opgebouwd gebruiken we weer voor Film
by the Sea en omgekeerd. Dus de films die we niet voor Vlissingen kunnen of
mogen gebruiken, kunnen we misschien weer doorschuiven naar Breda en vice versa
. Maar wel met een andere focus. Bij ons zal beeld zo veel mogelijk boven de
inhoud gaan.’ Uiteindelijk hoopt Hannewijk filmmakers aan het IFFB te binden
doordat zij Breda zillen zien als het Europese kruispunt van de film- en
beeldcultuur.
‘Op langere termijn is mijn doelstelling het dédain
dat bestaat in Amsterdam en de rest van de randstad te doorbreken,’ zegt
Hannewijk. ‘Journalisten schreven dat het IFFB een festival van voorpremières is
. Dat vind ik een beetje flauw. Je moet ergens beginnen en wij zijn pas vanaf
november bezig. De helft van de films die hier vertoond worden, zijn films die
niet in de Nederlandse bioscopen uitkomen, en als die mensen een beetje opgelet
hadden op het Festival van Berlijn dan hadden ze geweten dat hier pareltjes
draaien.’
Eén van die voorpremières op het IFFB is het door critici
in Berlijn verguisde Mammoth van regisseur
Lukas Moodysson. De veertigjarige Zweed, dit keer met een kek petje in
plaats van zijn gebruikelijke zwarte muts, heeft er al een lange dag van
interviews op zitten. Gedwee laat hij zich sturen door de fotografen. Waarom hij
juist naar dit festival kwam? 'Soms is het fijn ergens heen te gaan waar je nog
nooit geweest bent,’ zegt hij. ‘Ik vind dat de kleinere festivals vaak fijner
of beter zijn omdat er meer 'echt' publiek komt. Niet zoveel mensen uit de
industrie en recensenten, maar mensen die echt voor de films komen. Ik
generaliseer misschien, maar mensen die niet in de filmindustrie werken, hebben
meestal niet die sterke behoefte om te laten zien dat ze alles weten en
begrijpen. Dus soms voelt het alsof mensen meer open zijn op dit soort plekken.’
Hannewijk nodigde Moodysson uit, omdat het een regisseur is, die volgens hem
met
Lilja 4-Ever,
Together en een vormexperiment als Container, blijk heeft gegeven van een
bepaalde eigenzinnigheid. ‘Moodysson is een interessante regisseur om te volgen
, ook voor het publiek,’ aldus Hannewijk. ‘Want hoe komt hij erbij om na al die
aparte films nu toch ogenschijnlijk een soort concessie te doen aan een groot
publiek, door een film te maken die meer mainstream is?’
Zelf ziet
Moodysson Mammoth niet als mainstream. ‘Het is meer dat ik soms niet tien dingen
, maar honderd dingen probeer te beschrijven. En dan eindigt de film in chaos.
Je moet altijd een compromis sluiten als je een simpel verhaal vertelt; want hoe
simpeler het verhaal, hoe meer je weg moet laten. En in dit geval wilde ik niet
één, maar een paar hele simpele verhalen vertellen, met verschillende lagen,
maar nog steeds heel eenvoudig. En dat is misschien het moeilijke eraan. Er zijn
zoveel dingen die gebeuren en zoveel dingen die je in de film wilt stoppen
terwijl er niet echt ruimte voor is.’
‘Het tegenovergestelde is ook
erg lastig, zoals in mijn vorige film Container, die totaal chaotisch is. Dat
was een film waarbij ik over alles tegelijk probeerde te praten. En dat staat op
een bepaalde manier dichter bij de manier waarop ik de wereld zie. Ik zie de
wereld als heel chaotisch. Om alles tegelijk te zien is voor een mens extreem
vermoeiend. Je moet een soort tunnelvisie voor jezelf creëren. Anders raak je
geestelijk totaal de weg kwijt.’
Het blijft even stil. Dan vervolgt
hij: ‘Ik denk dat het verschil tussen mij en iemand die daadwerkelijk in een
gesticht zit, is dat ik controle over mijn obsessies heb. Ik kan heel erg
geobsedeerd raken door dingen, maar probeer ervoor te zorgen dat ik niet met
alles tegelijk geobsedeerd raak, maar dat ik één voor één, stap voor stap mijn
obsessies heb. Ik denk dat als ik geen films zou maken of niet zou schrijven, ik
wel wat problemen zou hebben, omdat ik een soort nieuwsgierigheid voor bijna
alles heb. Dat klinkt vermoeiend, maar het is ook heel erg leuk. Want je krijgt
ook de hele tijd nieuwe kleine hobby’s erbij. En het is goed om de hele tijd
nieuwe interesses in je leven te hebben.’
‘Toch moet ik mezelf soms
beschermen, omdat ik weet dat ik geobsedeerd raak door dingen,’ vertelt
Moodysson terwijl hij met een potlood onophoudelijk op een blaadje kladt. ‘Toen
ik bijvoorbeeld een nieuw keukenmes nodig had, begon ik plotseling alles over
messen te lezen en kocht ik niet één mes maar iets van vijftien. Die obsessies
verweef ik ook in mijn films. Dat van de messen is terug te zien in Mammoth. Dat
thema is heel klein, maar wel heel interessant omdat een mes iets raars is. Het
is een object dat heel veel schade kan aanrichten, maar het is ook iets dat
gebruikt kan worden om iemand beter te maken, want een chirurg gebruikt een
scalpel om dingen binnenin beter te maken. Zo hebben sommige dingen dubbele
betekenissen of functies.’
Hoewel Moodyssons films van elkaar
verschillen, zijn er thema’s die steeds terugkomen. Bijna al zijn films gaan in
meer of mindere mate over kinderen. Ook in Mammoth spelen kinderen een
belangrijke rol. ‘Nee, ik ben niet geobsedeerd door kinderen,’ grinnikt hij. ‘Er
zijn twee redenen waarom er bijna altijd kinderen in mijn films zitten. Ik denk
dat over de hele wereld veel kinderen veel te lijden hebben. Vaak worden ze aan
hun lot overgelaten, of verwaarloosd. Dat wil ik aankaarten, maar persoonlijk
ben ik meer geïnteresseerd in het perspectief van kinderen.’
‘Dat
heeft een beetje te maken met de manier waarop ze de wereld zien. Net als ik
zien ze alles tegelijk. Alles is nieuw voor ze en ze staan open en nemen grote
hoeveelheden informatie tegelijk op.’
‘Ik heb inderdaad wel eens
overwogen een kinderfilm te maken. Enerzijds zou ik het graag doen, maar ik zie
toch een paar problemen. Ik vind het ethisch gezien discutabel om met kinderen
te werken. Ik vind dat ik een heel vriendelijke regisseur ben, wanneer ik met
kinderen werk ten minste. Maar nog steeds vraag je heel veel van ze en zet je ze
onder druk. Als mijn kinderen moe worden, dan kunnen ze relaxen of gaan slapen
. Maar als een kind-acteur moe is, moet je tegen ze zeggen "We moeten eerst deze
scène nog doen," en dat vind ik een beetje dubbel. Ook omdat die kinderen door
dat hele auditieproces moeten, en de meesten afgewezen worden. Maar wie weet,
ooit in de toekomst.’
Sinds Lilja 4-Ever, waarin de regisseur een
zwart portret schetst van een Russisch meisje dat het slachtoffer wordt van
mensenhandel, staat Moodysson te boek als sombermans. ‘Ik zie mijn films niet
als zwart,’ zegt hij. ‘Nou ja, ze zijn het misschien wel, maar ze zijn ook
altijd heel erg hoopvol. Dat is een ander thema dat altijd terugkomt in mijn
films.’
‘Ik zou het woord pessimistisch niet gebruiken, want dat
wil zeggen dat alles erger wordt dan dat het al was. Ik voel veel meer voor
optimisme, omdat dat volgens mij betekent dat alles nu niet geweldig is, maar
dat de dingen beter worden. In optimisme schuilt hoop. Het is het
tegenovergestelde van stilstaan. Mensen en de wereld zijn in beweging, en dat is
optimisme voor mij. Ik denk dat ik misschien heel negatief kan zijn, terwijl ik
tegelijkertijd heel positief ben.’
‘Er bestaan best goede films in
het pessimistische genre, maar die zou ik nooit maken. Dat zijn films die
donker zijn omdat iedereen stilstaat. Films die de wereld laten zien van mensen
die totaal vastzitten in hun situatie. En dat vind ik heel deprimerend en het
komt niet overeen met de realiteit, want mensen zitten nooit helemaal vast. Voor
mij is zelfs zelfmoord op een bepaald niveau optimistisch, omdat die persoon
het lot in eigen hand neemt. Er is niets meer deprimerend dan mensen die zich
schikken in hun lot en bij wie alles hetzelfde blijft. Voor mij was Lilja 4-Ever
daarom ook altijd een film die staat voor de aanwezigheid en afwezigheid van
hoop. Een film die laat zien dat het niet eindigt, wanneer je van een brug
springt.’
Het eerste International Film Festival Breda vindt plaats
van 25 tot en met 29 maart 2009.
Klik hier voor de website.
In de gloednieuwe bioscoop Must See in Breda, die alleen al om het glittertoilet het bezoeken waard is, ging woensdag de eerste editie van het International Film Festival Breda van start. Hoewel het festival in korte tijd in elkaar geflanst werd, wist de organisatie toch een aantal grote namen te strikken. Prins Constantijn en Prinses Laurentien woonden de openingsfilm The Reader bij, Anton Corbijn trad op als gastcurator van het festival en Lukas Moodysson was present om vragen te beantwoorden over zijn nieuwste film Mammoth.