‘Je mag me alles vragen wat je wilt,’ zegt de Israëlische regisseur Samuel
Maoz (1962) voorafgaand aan het interview strijdbaar. Hij weet wel dat zijn
Lebanon een controversiële film is, omdat elke film van een Israëlische
regisseur over de inval in Libanon in 1982 per definitie controversieel is. Maar
Maoz kan tegen een stootje.
Lebanon werd op het filmfestival van
Venetië onderscheiden met de Gouden Leeuw voor beste film. En wij spreken hem
ruim vier maanden later in Rotterdam, na een uitermate succesvolle tocht langs
alle grote festivals. Dat Lebanon zo’n internationaal succes is, ligt vooral aan
de vorm. De op eigen ervaringen gebaseerde film gaat over een Israëlische
tankeenheid aan de vooravond van de inval in Libanon, en werd vrijwel in zijn
geheel in een tank opgenomen. Waardoor Lebanon een uitermate claustrofobische
ervaring is geworden.
De op eigen ervaringen gebaseerde film Lebanon is vrijwel in zijn geheel in een legertank opgenomen. De VPRO Gids sprak met de gelauwerde regisseur Samuel Maoz.
Ik mocht alles vragen, dus: Lebanon is gebaseerd op uw eigen ervaringen als twintigjarige schutter aan boord van een tank in Libanon. Waarom heeft het 28 jaar geduurd voordat deze film er kwam?
‘Ik heb het eerder geprobeerd, in 1988. Ik kwam net van de filmacademie en begon te schrijven, maar na een bladzij of een, twee, walmde me de geur van brandend vlees tegemoet. Het was te snel. En ik wilde ook niet zomaar een film maken gebaseerd op ervaringen van iemand die daar toevallig geweest was. Toen ik in 2006 de beelden zag van de Tweede Libanese Oorlog realiseerde ik me dat het niet om mij alleen ging. Dat ik met deze film mensenlevens zou kunnen redden. Ik had een missie.’
En de geur verdween?
‘Toen ik begreep dat ik mijn verhaal in een breder kader kon plaatsen verdween de geur. Ik voelde me bevrijd. Ik begreep ook dat het helemaal niet om dat verhaal ging. De plot van de film is simpel. Die kan je in tien zinnen beschrijven. Het gaat in de film om iets heel anders, om de bloedende ziel van de soldaten. Hoe kan je beschrijven wat er in een soldaat omgaat? Zoiets kan je niet begrijpen, dat moet je voelen. Daarom moest je mee die tank in…’
Mee uw hoofd in…
‘Misschien. Ja! Ik zet je op de plek van de schutter! De kijker ziet wat ik zag. Mensen die mij aanstaarden, staren nu de kijker aan. De kijker zit in de tank en weet precies wat wij weten, en vooral wat wij niet weten. Dat was de bedoeling. Dat je door het te voelen zou begrijpen.
Dat we uw acties zouden begrijpen?
‘Op een bepaalde manier wel, ja. Maar ik heb deze film niet gemaakt om me zelf te vergeven. Oorlog is een beest. Hij heeft doden nodig om zelf in leven te blijven. En een oorlog kan er niet op vertrouwen dat je voor idealen sterft, of blindelings bevelen opvolgt. Israel heeft een volksleger, geen vrijwilligers. De soldaten zijn gewone mensen, en gewone mensen kunnen niet doden. Maar neem een soldaat, nee… een mens, plaats hem in een levensbedreigende situatie en hij zal doden.’
Heeft u destijds ook mensen gedood in Libanon?
‘Eeehh… Ja. In een oorlog vecht je niet voor je land, je vrienden, familie, vrouw of kinderen. Je vecht voor je leven. En dat wilde ik in mijn film laten zien. Die chaos. Dat een soldaat vaak maar heel weinig weet van wat er allemaal om hem heen gebeurt. En dat moet ook zo zijn, want je moet je concentreren op maar een ding: in leven blijven. En dat doe je op instinct. Als mensen tegen me beginnen over moraliteit, moet ik lachen. Oorlog biedt geen ruimte voor moraliteit. Maar begrijp me goed. Ik heb deze film niet gemaakt om mezelf vrij te pleiten. Ook niet om mezelf niet meer schuldig te voelen. Ik zal me altijd schuldig voelen over wat ik heb gedaan. Daar sta ik mee op en ga ik mee naar bed . Maar nu kan ik er tenminste mee leven. Ik heb mezelf geaccepteerd.’
Lebanon is een heel intense film geworden, hoe bereidde u de acteurs voor op de opnamen?
‘Dat was lastig. Ik weet hoe extreem een oorlog is, en hoe beklemmend het leven in een tank, maar leg dat maar eens uit aan jongens van nu . Ik heb dan ook besloten het niet uit te leggen, maar ze het te laten voelen. Ik heb ze opgesloten in een container. Waar het aardedonker was en drukkend heet . Daar liet ik ze een tijdje zitten, waarna ik onaangekondigd met metalen buizen op de container begon te slaan. Die plotselinge knallen lijken heel erg op de inslagen die je in een tank meemaakt. Lebanon is een film die je moet voelen, en daarvoor moesten de acteurs het eerst zelf voelen.’
Hoe waren de reacties op de film in Israël?
‘De meest interessante
reacties kwamen uit de rechtse hoek. Ik herinner me een vrouw die na de film
opstond en zei dat haar kinderen het leger in moesten en dat ze daar door de
film anders over was gaan denken. Niet dat iedereen gelijk zijn mening verandert
, maar ze praten nu tenminste over zaken die vroeger taboe waren. Natuurlijk
zijn er ook mensen die het nu geen goede tijd vinden voor zo’n film. Die het
ongepast vinden dat we zien hoe mannen huilen. Belachelijk! Ik heb onlangs twee
films gezien waarin mannen huilden. De een om dat hij zijn baan verliest, de
ander omdat zijn vrouw hem verlaten heeft. Dat kan blijkbaar allemaal, maar een
soldaat die huilt mag niet. Dat is slecht voor de moraal.’
Is de
film ook in de Arabische wereld vertoond?
‘Ik weet dat er illegale
kopieën in Libanon circuleren, maar hij is niet officieel vertoond. En de
recensies kan je je voorstellen. In sommige ben ik de boodschapper van de
zionistische satan. In andere hebben ze het over de Israëlische soldaat als
moordenaar. Ironisch, want in Israël hebben ze het juist over de Israëlische
soldaat als lafaard.’
De film over Libanon is er nu, bent u
klaar met die oorlog?
‘Ik weet het niet. Ik heb grote behoefte aan
een komedie. Maar het kan heel goed zijn dat ik in de toekomst toch weer
terugkeer naar Libanon. Ik heb nog steeds niet alles kunnen zeggen over die
oorlog, en wat dat met mij gedaan heeft. Maar daar heb ik nu geen energie voor.
Eerst maar iets lichters. Eerst iets om te lachen.’