Regisseur Darren Aronofsky maakte met zijn psychologische balletthriller Black Swan een pendant van The Wrestler. 'Het Zwanenmeer is van zichzelf al gothic. Mijn film doet daar recht aan.'

De getormenteerde liefde tussen een showworstelaar en een ballerina; ooit speelde regisseur Darren Aronofsky (1969, New York) met de gedachte er een speelfilm over te maken. Het allerlaagste uit de kunstwereld mengen met het allerhoogste, dat moest wel iets bijzonders opleveren. Het werden uiteindelijk twee films. Een over een gevallen worstelaar, The Wrestler (2008), waarmee hoofdrolspeler Mickey Rourke zijn ernstig afgenomen status in Hollywood weer opvijzelde, en nu een tweede deel over een vallende ballerina, met Natalie Portman als psychisch verdwaasde danseres in Black Swan.

Een 'companion piece' noemde Aronofsky zijn nieuwe film bij de wereldpremière, om de verbondenheid met The Wrestler te benadrukken. ‘En daar heb ik nu al spijt van,’ zegt de regisseur een dag later tegen de bij hem aan een tafeltje aangeschoven journalisten. ‘Omdat het woord nu overal terugkeert en ik niet wil dat de perceptie van de ene film die van de andere verdringt. Maar The Wrestler en Black Swan zijn zonder meer zeer nauw verbonden, op allerlei manieren. Ze eindigen met een soortgelijke scène, waarin iemand letterlijk neerstort, en beide hoofdpersonages zijn atleten die hun lichaam ernstig beschadigen om maar te kunnen optreden.’

Black Swan is een mengeling van melodrama, psychologische thriller, horror en fantasy. Kon u mensen vooraf uitleggen wat voor soort film het zou worden?
‘Ik probeerde het wel, maar ik kreeg overal zo’n blik van: eh, wat bedoel je? Nieuw was dat niet, ik heb er altijd veel moeite mee mijn films in zulke termen te vangen. Wat in zekere zin jammer is, want ik zou veel meer geld verdienen als ik films maakte die wel binnen een genre passen.’

Hoe dacht u over de balletwereld voor u begon?
‘Die kende ik een klein beetje omdat mijn zus danseres was. Ik begreep er nooit veel van, maar ik was wel geïntrigeerd. Het is een zeer naar binnen gekeerde wereld, leerde ik al snel toen ik me er als filmmaker op stortte. Volstrekt niet openstaand voor buitenstaanders. Balletmensen geven om ballet en om niks anders. Het was uiterst moeilijk om insiders ervan te overtuigen ons te helpen. Ik zei dan: kijk wat ik met mijn vorige film voor het worstelen heb betekend, je mag veronderstellen dat ik toch ook wel een klein beetje kan betekenen voor het ballet.’

Je zou, na het zien van Black Swan, ook het omgekeerde kunnen beweren.
‘Dat ik het ballet heb beschadigd?’

Dat ouders zullen denken: ik doe mijn dochter toch maar op voetbal.
'Dat kan ik me indenken ja, maar tegelijk kan ik me ook voorstellen dat mensen na het zien van Black Swan zin krijgen om een échte balletuitvoering bij te wonen . En vergeet ook niet: Het Zwanenmeer is van zichzelf al gothic, het stuk gaat over een zeer donkere wereld. Mijn film doet daar recht aan.'
 

Mila Kunis in Black Swan

In Black Swan wordt de perfectionistische maar nog wat bleue danseres Nina ( Natalie Portman) uitverkoren zowel de witte als de zwarte zwaan te dansen in een opvoering van het prestigieuze New Yorkse ballet. Het witte deel gaat haar makkelijk af, maar de technisch perfect dansende Nina mist de sensualiteit en passie om zich ook het zwarte deel toe te eigenen.

Dat meent de megalomane artistiek directeur van het gezelschap tenminste (een rol van Vincent Cassel), die zijn danseres opdraagt daartoe haar donkere kanten te verkennen, donkere kanten die in de film verbeeld worden door Nina’s directe concurrente bij het ballet, de eveneens beeldschone Lily (Mila Kunis). De scheidslijn tussen de twee danseressen wordt gaandeweg diffuus, als de bizarre hallucinaties die Nina ontregelen in hevigheid toenemen.

‘Daarbij maat houden was voor mij de moeilijkste opdracht’, zegt Aronofsky. ‘Als filmmaker kun je natuurlijk controleren hoeveel het publiek ziet van iemands waanbeelden, dus bij elk moment stel je jezelf de vraag: doen we hier te veel, of doen we hier te weinig?'

'Het is ook een kwestie van smaak. Over het algemeen is minder meer, denk ik, maar ik kan me voorstellen dat een deel van het publiek daardoor soms het gevoel heeft iets te missen. Dat is wat mij betreft oké. Black Swan is echt een film voor op een groot doek, er gebeurt veel, er zitten allerlei kleine elementen in die ontregelen.'

Zoals wat?
'Reflecties die niet synchroon lopen, bijvoorbeeld. Misschien vallen een paar je op, maar er zitten er nog veel meer in verstopt. Ik speel daar mee, er zit een vreemde beweging in Black Swan die je – hopelijk – ongemakkelijk doet voelen, op een minder bewust niveau. Dat was het idee.’
Natalie Portman viel speciaal voor de rol af, en speelt een vrouw die continu op het punt van instorten staat.

Maakte u zich ooit zorgen dat u haar voor de rol te veel pushte?
'Niet echt. Ze is zo professioneel, zo hardwerkend, zo gedisciplineerd, zo gezond en normaal. Wat je op doek ziet zijn korte momenten van samengebalde gekte, maar op de set lopen direct daarna weer de make-up mensen rond. Het is niet zo dat ze zich voor een toneelstuk zes maanden lang elke avond inleefde als Blanche DuBois, het geëxalteerde personage uit Tenessee Williams’ A Streetcar Named Desire. Dan kun je inderdaad zelf gek worden, zoals sommige acteurs ook wel is gebeurd.'

'Natalie heeft echt keihard getraind. De opening van de film, waarin Nina op het podium naar het licht toe danst, dat is bijvoorbeeld Natalie zelf. Natuurlijk zitten er momenten in waarin professionele dansers het overnemen, maar zo makkelijk kun je die niet inpassen. Omdat ze al vanaf hun vierde zo intensief dansen, wijken de lichamen van die echte balletdansers sterk af van die van ons. Hun heupen staan naar buiten, spieren zijn meer geprononceerd. Dat verschil zie je al snel.'

Natalie Portman in Black Swan

Hoe kwam u erbij om Winona Ryder te casten als uitgerangeerde en verbitterde balletdiva?
‘Winona is in de filmwereld in zekere zin ook vervangen door actrices zoals Natalie Portman en Mila Kunis, met dat idee wilde ik een beetje spelen. Winona staat nu voor een comeback, meen ik. Ik ken haar slechte reputatie en de roddels, maar het is allemaal onzin. Ze was aardig tegen iedereen op de set, arriveerde op tijd. Tijdens de opnames belde Ron Howard me om te vragen hoe ze was. Huur haar in, adviseerde ik. Nu zit ze ook in zijn nieuwe film, The Dilemma. Ze is een genot om mee te werken.'

En u was natuurlijk al gewend te werken met Mickey Rourke.
'Die ik nooit als genot zou omschrijven. Mickey was een nachtmerrie, en dat durf ik hem ook in zijn gezicht te zeggen. Maar hij was het ook waard. Totaal oncontroleerbaar, maar wel geweldig. Mickey zegt nu steeds: ik doe alles voor je, Darren. En dan zeg ik, oké, wat denk je van deze rol? 100 duizend dollar per dag, antwoordt hij dan doodleuk. En nu zit hij alweer op 250 duizend per dag, geloof ik.'

Heeft u Black Swan al aan hem vertoond?
'Nee. Ik heb er geen behoefte aan om iemand te horen snurken tijdens mijn film.'

Het werken met Rourke, die voor The Wrestler per se zijn eigen worstelkostuum wilde uitzoeken (in gifgroen), leerde Aronofsky zijn acteurs soms iets meer vrijheden toe te staan, opdat ze dieper bij de film betrokken te raken. Zo liet de regisseur dit keer bijvoorbeeld acteur Vincent Cassel zelf meubilair uitzoeken om het kantoor van zijn filmpersonage in te richten. ‘Hij had geen onbeperkt budget hoor, en of het publiek nou echt het verschil ziet, weet ik niet, maar ik wilde dat Vincent zich comfortabel zou voelen bij de kleur en stijl. Dat zijn kleine dingen die een acteur kunnen helpen bij een rol.’

Natalie Portman zegt de neergang van haar personage te beschouwen als een bevrijding, als iets hoopvols. Vind u dat ook?
‘Ik denk dat Nina bevrijd wordt, ja. Maar de kosten daarvan zijn in mijn perceptie tragisch hoog. Black Swan is in zekere zin een waarschuwing voor een te monomane zoektocht naar perfectie. Daarbij moest ik ook steeds denken aan het liedje dat Bruce Springsteen schreef, speciaal voor The Wrestler, waarin hij een regel zingt over een éénpotige hond die over straat loopt: "Have you ever seen a one-legged dog making its way down the street?"
Ik kan me een driepotige hond voorstellen, die over straat loopt . Een tweepotige misschien ook nog, kruipend over straat, maar een éénpotige hond? Dus toen hij een Golden Globe kreeg voor dat liedje, en we daarna wat dronken, verzamelde ik de moed om hem te vragen: Bruce, wat bedoel je nou eigenlijk met die éénpotige hond? Hij antwoordde: soms zijn het de fouten die de kunst maken.'