Dronepiloot Ivan zit in een bunker ergens in de woestijn van Nevada. Zijn doelwit loopt duizenden kilometers verderop in het grensgebied tussen Pakistan en Afghanistan. Een mug loopt over Ivans arm, maar Ivan voelt niets. Hij drukt af en... Contact! Het doelwit is vernietigd.
Maar echt contact voelt Ivan al jaren niet meer. Totdat hij een gebouw vernietigt dat vol blijkt te zitten met studenten, en zijn veilige wereld aan het wankelen wordt gebracht. Vervolgens dalen we in het psychologische drama Full Contact diep af in Ivans getroebleerde geest.
Full Contact is alweer de zesde speelfilm van de 35-jarige David Verbeek, wiens films zich zelden afspelen in Nederland. Als ik hem bel zit hij in Split (Kroatië), bij de familie van zijn vriendin. Te werken aan alweer een nieuw script.
Waarom werk je bij voorkeur buiten Nederland?
Verbeek: ‘Het komt steeds op mijn pad. Ik denk ook wel eens: “David, waarom maak je je het zo godvergeten moeilijk!? Het is al moeilijk genoeg om een film te maken. Ook in je eigen taal.” Maar ik vind het belangrijk om de tijdgeest vast te leggen. Als ik hoor dat in Shanghai hele generaties elkaar niet meer begrijpen omdat de veranderingen daar zo snel gaan, dan ga ik naar Shanghai [voor de film Shanghai Trance, GB]. En als ik het over de tijdgeest heb betekent dat niet dat mijn films politieke statements zijn. Het is breder dan dat. Het gaat in mijn films altijd over hoe mensen met elkaar omgaan.
Waarom een dronepiloot?
‘Ik was in 2010 in Cannes met R U There en weet nog dat ik daar een berichtje las over een dronepiloot. Ik was toen al half bezig met iets over oorlogsvoering. Ik dacht eerst dat het over een sniper zou gaan, maar toen ik dat berichtje over de dronepiloot las, besefte ik meteen dat dat veel meer mogelijkheden bood. Het is ook een mooie omkering van het verhaal van R U There, waarin de hoofdpersoon een professionele gamer is die zo geobsedeerd is door een oorlogsgame, dat die wereld voor hem echt wordt. De manier waarop Ivan in Full Contact op zijn scherm oorlog voert is wel echt, maar voor hem voelt het juist als een videogame. Ik ben altijd gefascineerd geweest door de scheidslijn tussen virtueel en echt, en hoe ons bewustzijn zich daar aan probeert aan te passen.’