Martin Eden, zo heet de hoofdpersoon in Jack Londons gelijknamige boek uit 1909. In dat boek is Martin een jonge, Amerikaanse zeeman die verliefd wordt op Ruth, een universiteitsstudente uit een bourgeoisfamilie. Om kans te maken bij haar (en goed genoeg voor haar familie te zijn) besluit Martin schrijver te worden. Eentje die gerekend wordt tot de literaire elite. Na veel geploeter en intensieve zelfstudie zal dat uiteindelijk ook lukken, maar de prijs die Martin daarvoor moet betalen is hoog.
De Martin Eden in Pietro Marcello’s gelijknamige film, die eerder dit jaar op het filmfestival van Venetië in première ging, is ook zeeman, maar dan een uit Napels. En de Ruth, voor wie hij per se zijn positie wil verbeteren, heet nu Elena. Marcello’s Martin Eden is een ambitieuze, literaire film die grote thema’s en een heleboel ismen behandelt: kunstenaarschap, vriendschap, verraad, individualisme, socialisme, kapitalisme, en natuurlijk de liefde. Martin wordt gespeeld door Luca Marinelli, die voor zijn gloedvolle vertolking in Venetië zal worden onderscheiden met de prijs voor beste acteur (niet slecht als je bedenkt dat op datzelfde festival ook Joker meestreed om de prijzen).
Maar dat weten we allemaal nog niet wanneer ik op 3 september, daags na de première van Martin Eden, met een groepje journalisten praat met de 43-jarige regisseur Pietro Marcello. Eerste vraag: bent u Martin Eden? Marcello’s antwoord is duidelijk: ‘Absoluut niet! Het enige wat ik met hem gemeen heb is dat ik me ook steeds wil verbeteren. Maar Martin is een archetype. Net als Faust en Hamlet. Het is het verhaal van een jongen die man wordt, die zichzelf emancipeert door kunst, en vervolgens slachtoffer wordt van het hele circus daaromheen. Ik weet zeker dat er nu, vlak bij ons op het terras [van hotel Excelsior, red.], iemand is die dezelfde aspiraties heeft als Martin. Want de wens om jezelf te verbeteren, sociaal en individueel, is tijdloos.’
Is dat wat u aantrok in Jack Londons boek?
Marcello: ‘Zeker, want zijn boek is altijd actueel gebleven. Ook in politiek opzicht. Omdat het gaat over zaken als neoliberalisme, individualisme en soevereinisme. Daar wil ik commentaar op geven en daarom open ik de film met archiefbeelden van de anarchist Errico Malatesta. Die geloofde in een vorm van ethisch voluntarisme, waarbij de overheid wordt afgeschaft en mensen zonder dwang en geweld keuzes kunnen maken. Dat is voor mij ook de enige vorm van individualisme die ik accepteer. Ik ben sterk tegen het kapitalisme, omdat dit volgens mij heel slecht is voor de maatschappij.’