Je leest dit artikel uit de VPRO Gids gratis op VPRO Cinema. Wil je meer lezen over oa documentaires, podcasts en boeken? Neem dan een digitaal abonnement.
In de documentaire Yab Yum zien we de opkomst en ondergang van de gelijknamige, chique seksclub. De VPRO Gids sprak met barmannen Tonnie en Rob, gastvrouw Iris en documentairemaker Anna Maria van ’t Hek. 'Namaakplezier is ook plezier'
cadeautje
‘Blijf je slapen?’ vraagt Tonnie plagend aan de telefoon. We hebben net afgesproken dat ik langs kan komen voor een interview over de fameuze seksclub Yab Yum en dit is het soort geintje dat Tonnie ongetwijfeld vaker maakte toen hij daar nog barman was.
Yab Yum werd in 1976 opgericht door Theo Heuft en Tonnie was de allereerste barman die hij aantrok. Op advies van een vriend wilde Heuft alleen maar gays achter de bar, want daar werden de meisjes niet verliefd op (dus geen drama in de tent), en zo voelden ook de klanten zich niet bekocht (omdat ze anders konden denken dat de barmannen gratis zouden krijgen waar zij voor moesten betalen).
Al direct na de oprichting bleek Yab Yum een groot succes. De chique herenclub aan het Singel in Amsterdam stond vol erotische beelden, maar seks was niet verplicht. Je kon er ook ‘gewoon’ zakendoen of als beroemdheid genieten van je privacy, want ‘what happens in Yab Yum stays in Yab Yum’. Je had wel een volle portemonnee nodig, want de champagne kwam in drie prijzen: 350, 450 en 550 gulden. Vroeg je Heuft naar het verschil tussen die champagnes, dan was steevast het antwoord: de prijs.
Yab Yum is inmiddels alweer jaren dicht, maar de club is nog steeds een begrip. Reden waarom Anna Maria van ’t Hek onlangs de documentaire Yab Yum maakte, over opkomst en ondergang van dit luxebordeel. De film is al een paar maanden online te zien en wordt op 19 april uitgezonden op NPO 2.
In de documentaire komen ook Tonnie en collega Rob, die in de jaren negentig in Yab Yum heeft gewerkt, aan het woord. Tonnie en Rob hebben nooit tegelijkertijd in de club gewerkt, maar kennen elkaar al meer dan vijftig jaar en Rob is er dan ook bij wanneer ik eind maart op bezoek ga bij Tonnie.
Hadden jullie het boek van Yab Yum eigenlijk al dichtgeslagen?
Rob: ‘Tuurlijk. Het is alweer zo lang geleden. Dat boek is dicht. Het is uitgelezen.’
Tonnie: ‘Kijk, ik zit niet met het verleden op schoot, maar als iemand erover begint dan gaat het wel weer leven. Die plek was toch uniek. Maar het zou tragisch wezen als ik daar nu nog elke dag mee bezig was.’
Rob: ‘Ik heb daar nog wel rondleidingen gegeven toen het net gesloten was [eind 2007, red.]. Dan had je groepjes van een man of acht, meestal uit de provincie, die ik door het pand leidde en vertelde hoe dat toen in zijn werk ging. Dan hingen ze echt aan je lippen, want meestal hadden ze zich er een heel andere voorstelling van gemaakt. Maar ik vertelde ze altijd de waarheid, want we hebben hier veel gelachen, maar ook veel gehuild.’
Wanneer ben je een goede barman?
Tonnie: ‘Je moest je talen spreken, een brede belangstelling hebben en elegant zijn, want veel mensen namen zakenvrienden mee en niet iedereen ging naar boven. Yab Yum was een privéclub en had niveau. De meiden hier werden dan ook gastvrouw genoemd, en wij waren gastheren. De club voorzag in een behoefte, want werd een zakendeal vroeger gesloten tijdens een diner in een chique restaurant, nu kon dat ineens ook in de Yab Yum. Dan stond er “dinerspektakel” op de bon, want het moest natuurlijk wel afgeschreven kunnen worden van de belasting.’
Yab Yum is niet heel groot, was het wel eens zo druk dat jullie klanten moesten wegsturen?
Rob: ‘Vol was vol, want dan waren er geen meiden beschikbaar. En we wisten ook nooit wanneer ze naar beneden zouden komen. Soms zaten de klanten uren op de trap te wachten tot het hun beurt was. En de meiden die dan naar beneden kwamen hadden nauwelijks de tijd om hun doos te wassen, zeg maar, want die moesten, hup, gelijk weer naar boven met een klant en een fles champagne.’
Tonnie: ‘Je zag hele voetbalelftallen voorbijkomen in hun blote reet. Ik weet nog dat AC Milan hier speelde. De leiding van Milan was destijds als de dood dat hun spelers naar de Wallen zouden gaan en daar betrokken zouden raken bij vechtpartijen. Dan zouden er kapitalen worden vernietigd. Dus werden ze naar de Yab Yum gestuurd, want daar waren ze veilig. Mooie jongen trouwens, die Maldini.’
Waren jullie wel eens onder de indruk van de vele beroemdheden die voorbij zijn gekomen?
Tonnie: ‘Niet echt, want ze wisten dat we ze na een minuut of tien voorbij zouden zien lopen met hun dikke buiken en dunne beentjes. Dan blijft er van de roem niet zo veel over. En vergis je niet, veel mannen hadden faalangst. Ik weet nog dat er helemaal in het begin een vrouwtje aan de deur kwam, laten we haar Marietje noemen, die in plat accent vroeg of er nog wat te pezen viel voor haar. Over het algemeen waren de meiden in Yab Yum heel knap, maar Marietje zag eruit als de Zangeres Zonder Naam. We hebben haar toen netjes binnengelaten, vooral om even te kunnen lachen. Maar Marie heeft uiteindelijk twee jaar bij Yab Yum gewerkt. Zei dingen als “hé pik, gaan we nog een potje neuken?” tegen de mannen, maar dat vonden ze vaak prima, want zo viel hun faalangst weg.’
Rob: ‘Ik zei altijd tegen de klant: wilt u neuken vanavond, wilt u een gezellige avond, of wilt u met een mooie vrouw naar boven? Want je moet weten, de mooiste vrouwen deden niks. Er kwam ooit een klant witheet naar beneden die zijn geld terugeiste. Ik vroeg waarom en hij zei dat de gastvrouw tegen hem had gezegd dat ie maar op het bed moest gaan liggen en dat zij hem vervolgens wel klaar zou knipperen. Met haar ogen! Nou jaaaaa! Die is er ook gelijk uit gegaan.’
Hoe was jullie relatie met de gastvrouwen?
Rob: ‘We waren vader en moeder tegelijk. Er kwam eens een vrouw aan de deur die al maanden niets van haar dochter had gehoord. Ik vroeg: mevrouw, wat komt u doen? Ze was op zoek naar Annie. Maar wij wisten de echte namen van de meiden niet, want de meesten hadden een fake naam. Liet ze een fotootje van haar dochter zien, en ik zag het meteen: die meid lag boven! Ik zei dat ik haar niet kende, want je wil geen heibel in de tent, maar toen Annie naar beneden kwam, zei ik dat haar moeder langs was geweest en dat ze zo snel mogelijk iets van zich moest laten horen. En dat ik haar moeder de volgende dag zou bellen om te checken of ze dat ook gedaan had.’
Uiteindelijk wordt oprichter Theo Heuft in 1999 uit zijn eigen zaak gewerkt door de harde misdaad, wat ook gelijk het begin van het einde was...Rob: ‘De penoze kwam al vanaf het begin, maar topcriminelen als Mieremet en Klepper zagen Yab Yum op een gegeven moment als hun eigen clubhuis. Regelmatig werd er een blaffer tegen iemands hoofd gezet, want die gasten waren helemaal paranoïde van de coke.’
Tonnie: ‘Rob en ik zijn onlangs nog bij Theo en zijn vrouw op bezoek geweest. Theo is al halverwege de tachtig en een beetje broos, maar ik weet nog goed dat ie zei: “Je weet dat je balanceert op een rand als je dit werk doet. En dat je uiteindelijk over die rand geduwd zal worden. Ik heb daar ook altijd rekening mee gehouden en vind het knap dat ik het nog 25 jaar heb volgehouden.” Dat vond ik zo wijs. Want hij heeft natuurlijk gelijk.’
Een van de gastvrouwen van het eerste uur is Iris. Ook Iris is te zien in de documentaire en ze steelt de show met haar droogkomische opmerkingen en aangrijpende levensgeschiedenis.
Aan de telefoon vertelt ze hoe ze bij de seksclub terecht kwam: ‘Ik zag een advertentie in de krant. “Yab Yum. Wat heet.” Dat was alles wat er stond. Ik dacht gelijk: daar ga ik eens kijken. Ik kwam binnen, zei dat ik het vak al kende en vroeg of ik daar mocht komen werken. Waarop zij zeiden: probeer maar.’
Veel gastvrouwen van toen durfden of wilden niet meewerken aan de documentaire. Waarom u wel?
Iris: ‘Omdat ik niets te verbergen heb. Ik heb altijd eerlijk tegen mijn zonen gezegd waar ik naartoe ging. Yab Yum was geen derderangsclub hè, het was een eersterangsclub. Maar je gaat op camera natuurlijk niet alles vertellen wat je weet. Je gaat niet vertellen dat regeringsleiders met je mee naar boven zijn gegaan. Of over de rare feestjes beginnen die er waren. Dat houd je voor je. Zo is het systeem. Zodra de klanten weg waren, was je ze vergeten. Tenminste, zo was ik. En ik heb echt de gekste dingen meegemaakt. Dan kwam ik weer in een handdoekje naar beneden en moest ik weer in bad. Ik ben nog nooit zo vaak in bad geweest als in de Yab Yum! Vervolgens kwamen er kerels bij je in bad zitten en moest je ze aanraken. Gadverdamme! Maar ja, ik heb het allemaal gedaan.’
In de documentaire zegt uw collega Maureen dat ze altijd met plezier naar het werk ging. U ook?
‘Namaakplezier is ook plezier. Ik was daar altijd vrolijk, nooit chagrijnig, want dan verdien je niks. Verdriet heb je thuis, op je werk doe je je best.’
U heeft in die tijd veel mannen voorbij zien komen...
‘Ja, natuurlijk.’
Heeft u daardoor een verwrongen beeld van mannen gekregen?
‘Moet je luisteren, voor ik bij de Yab Yum kwam heb ik jaren op straat gewerkt in Milaan. Ik was op mijn 21ste al zwanger van mijn derde. Ik heb echt alles gezien. Maar ik heb mannen nooit afgekeurd. Elke man gaat vreemd. Vrouwen zeggen vaak, nee mijn man niet, en dan zeg ik: nee, jouw man niet, maar de rest wel. Zo heb ik het altijd maar opgelost. Maar iedere man gaat vreemd. Of ie nou mooi, lelijk, jong of krom is. Maar daar heb ik verder geen oordeel over. Ik heb er goed aan verdiend. De een werkt bij de Hema, de ander bij de Yab Yum. Het is bijna hetzelfde, maar dan anders.’
Bent u er rijk van geworden?
‘Nee hoor. Want wat ik verdiende gaf ik uit. Het is geen leuk geld. Het is vuil geld dat daar werd uitgegeven. Ik kende wel meisjes die alles opspaarden, maar ik natuurlijk weer niet. Haha.’
Hoe kijkt u terug op die tijd?
‘Mijn vriendin Anneke zegt altijd: o Irisje, wat interessant, vertel. Dan zeg ik: An, kom op nou, wees blij dat je in de thuiszorg werkte en niet daar. Want het is een korte carrière en het wordt je altijd nagedragen. Als ik in mijn lievelingskroegje kwam, was er altijd wel iemand die riep: hé kijk, dat is die hoer uit de Yab Yum. Dat liet ik dan maar zo. Maar pijn deed het wel.’
Gedachte-experiment
Yab Yum is de eerste lange documentaire van Anna Maria van ’t Hek (1988), die eerder voor Videoloand een driedelige documentaireserie over kickbokser Badr Hari maakte, Badr.
Van ’t Hek: ‘Heel lang heb ik een stereotiep beeld van sekswerk gehad. Ik was ervan overtuigd dat vrouwen daar nooit zelf voor zouden kiezen. Totdat ik een keer – en dat doe ik wel vaker, omdat ik graag naar mensen kijk – een kopje koffie ging drinken aan het zwembad van een heel duur hotel. Daar zag ik een oudere man met een veel jonger meisje, duidelijk een gastvrouw. Dat vond ik zo zielig voor het meisje. Met zo’n vieze oude man. Een nachtmerrie. Maar toen heb ik een gedachte-experiment met mezelf gedaan. Ik draaide alles om en besefte dat wat ze toen verdiende voor haar veel geld moet zijn geweest. Dat zij er dus ook iets aan overhield.
Voor de documentaire heb ik met veel gastvrouwen van de Yab Yum gesproken en vaak hoorde ik precies hetzelfde verhaal. Iemand als Maureen, bijvoorbeeld, vond het heerlijk om de wereld over te reizen en prinsen en filmsterren te ontmoeten. Het is dus maar net hoe je ernaar kijkt.
Toch ben ik ervan overtuigd dat ik het nooit zelf nooit zou kunnen. Maar ik kom uit een warm gezin. Ik heb geen financiële problemen, heb daar nooit over na hoeven denken. Maar stel dat je thuis kinderen hebt zitten die honger hebben... ik heb geen idee wat ik dan zou doen.’