In het uitzinnige Titane heeft Alexia seks met een Cadillac en vervolgens verandert ze in een jongen. Regisseur Julia Ducournau: ‘Het maakt niet uit wie je bent of welk gender je hebt, ons lichaam is wat ons verbindt.’

Toen de prijsuitreiking op het afgelopen filmfestival van Cannes op het punt van beginnen stond, zei iemand iets in het Frans tegen juryvoorzitter Spike Lee. Die zal het maar half begrepen hebben, want ineens floepte hij eruit dat de Gouden Palm – de hoofdprijs van het festival, die pas helemaal aan het eind van de uitreiking bekend gemaakt moest worden – dit jaar ging naar Titane, van de Franse regisseur Julia Ducournau (1983).

Weg spanning.

Spike Lee stak naderhand de hand meteen in eigen boezem. ‘Ik ben een groot sportliefhebber en nu was het toch alsof ik seconden voor het eindsignaal een penalty miste. Onvergeeflijk.’ Dat vond Ducournau overigens niet, want toen Lee haar zijn excuses voor de uitglijer aanbood, accepteerde ze die meteen. De Gouden Palm was waarschijnlijk ook voor Ducournau een beetje als een verrassing gekomen, want haar film was zonder twijfel de meest extreme, bloederige en krankjorume film van het festival.

Titane is Ducournaus tweede film – na het coming-of-age-kannibalendrama Raw uit 2016 – en gaat over Alexia, bij wie na een heftig auto-ongeluk als prepuber een stuk titanium in haar schedel wordt aangebracht. De film pikt Alexia weer op wanneer ze een twintiger is en als seriemoordenaar door het leven gaat. Daarna volgen we haar tijdens de wonderlijkste werdegang uit de filmgeschiedenis. Via een half dozijn bloederige moorden, copulatie met een Cadillac (u leest het goed), verandert ze uiteindelijk van Alexia in Adrien, de jaren geleden verdwenen zoon van de macho brandweercommandant Vincent Legrand.

Titane onvoorspelbaar noemen doet de film geen recht, Titane is een aanslag. Een paar dagen voor de Gouden Palm en Spike Lees uitglijer spraken we met regisseur Ducournau en acteur Vincent Lindon (1959), die brandweercommandant Vincent speelt.

‘Ik zag dingen in Vincent die ik in zijn andere rollen nog niet had teruggezien’

Julia Ducournau

Net als in Raw is er in Titane veel aandacht voor het menselijk lichaam. Waarom is ons lichaam zo belangrijk voor u?
Julia Ducournau: ‘Dat is waar onze menselijkheid in schuilt. Wanneer we naakt voor de spiegel staan zijn we allemaal kwetsbaar. Dan vinden we ons te dik, te dun, of wat dan ook. Het maakt niet uit wie je bent of welk gender je hebt, ons lichaam is wat ons verbindt. Het lichaam is ook de belangrijkste bondgenoot van een acteur. Daarom vind ik het belangrijk dat je daar als acteur, maar ook als regisseur, vooraf goed over nadenkt. Toen Vincent maandenlang bezig was met het opbouwen van zijn spieren, was hij eigenlijk ook bezig zijn personage op te bouwen. Hij ervaarde hoe het is om zo’n gespierd lichaam te hebben als de brandweercommandant, die steroïden neemt.’

Want het lichaam veranderen, verandert de geest?
Vincent Lindon: ‘Ja, toch wel. Stel: je was eerst dik en valt veel af, dan ga je anders bewegen. En als je anders beweegt, denk je ook anders. Niet dat je een compleet ander mens wordt, maar hoe je je verhoudt in de liefde en in vriendschappen verandert toch.’

Ducournau: ‘Ik weet niet of ik dat met je eens ben, maar tijdens het acteren verandert er zeker iets. We hebben in Frankrijk maar weinig acteurs die voor een rol intensief hun lichaam gaan trainen. Dat maakt niet echt deel uit van onze acteertraditie. In ieder geval niet zoals in Hollywood, waar iemand als Christian Bale tientallen kilo’s aankomt of juist afvalt voor een rol. Of Daniel Day-Lewis, die maanden in het bos gaat leven voor The Last of the Mohicans. Ik ben erg jaloers op dat hele method-ding, want ik denk dat het essentieel is voor een rol. Daarom heb ik daar veel met Vincent aan gewerkt, en ook met Agathe Rousselle, die Alexia/Adrien speelt.’

Vincent Lindon in Titane

U koos Agathe omdat ze een onbekende actrice was. Vincent is – zeker in Frankrijk – een heel bekend gezicht. Waarom wilde u hem?
Ducournau: ‘Ik schreef de rol voor hem! We kennen elkaar al heel wat jaren en ik zag dingen in hem die ik in zijn andere rollen nog niet had teruggezien. Vincent beweegt zich altijd tussen twee uitersten. Er zit niets grijs in hem. Hij is vurig, intens én naïef. Zo voel ik me zelf ook vaak en ik denk dat dit ons verbindt.’

Lindon: ‘Julia en ik hebben het hier nog nooit over gehad, maar ik vertel het nu toch: ik kamp nog altijd met een jeugdtrauma, waardoor ik het idee heb dat ik altijd moet vechten. Als ik daar maar lang genoeg over nadenk ga ik huilen, zo diep zit het. Bij alles wat ik doe ben ik aan het vechten. Voor een rol, maar ook bij iets stoms als wanneer ik een flesje water wil. Mijn hele leven draait om vechten. Nooit krijg ik iets cadeau. Voor alles wat ik nu heb, heb ik hard moeten werken. Dat voel ik ook bij Julia. [Ducournau knikt instemmend, red.] Ik herken zoiets meteen bij anderen, want ik kan het ruiken, net als een hond. En bij Julia was het meteen: oké, jij moet ook vechten, vanaf nu vechten we samen.’

En eindelijk kreeg u toch iets cadeau. Julia gaf u de rol...
Lindon: ‘Voor het eerst in mijn leven, en ik hoefde er niets voor te doen. We dronken een glaasje wijn en zij vertelde me dat ze een rol speciaal voor mij schreef. Ben je gek?! Voor mij? Ja... voor mij.’