Hit the Road is het eigenzinnige speelfilmdebuut van Iraniër Panah Panahi, zoon van de succesvolle cineast Jafar Panahi. ‘Het kostte me veel moeite om onder mijn vaders schaduw vandaan te kruipen.’

De roadmovie staat bekend als een typisch Amerikaans genre, maar ook in Iran worden opvallend veel films gemaakt die draaien om lange reizen of die zich op z’n minst voor een groot deel afspelen in de auto. Denk aan het werk van gelauwerde regisseurs als Abbas Kiarostami (Taste of Cherry), Jafar Panahi (Taxi Teheran) en Mohammad Rasoulof (There Is No Evil).

De nieuwste Iraanse roadmovie heet, jawel, Hit the Road, en is het speelfilmdebuut van Panah Panahi (1984), zoon van de eerdergenoemde Jafar. Het verhaal draait om een gezin – vader, moeder, jongvolwassen zoon en veel jonger zoontje – dat al ruziënd, plagend, zingend en rokend door Iran rijdt. Waarom? Dat blijft lange tijd een mysterie. De film heeft een speelse, licht-absurdistische toon, waarin humor en melancholie elkaar afwisselen.

Hit the Road ging in 2021 in première in Cannes en won vervolgens diverse prijzen op andere filmfestivals. Vanuit Iran – telefonisch, met tolk – staat Panahi ons erover te woord.

Alweer een roadmovie uit Iran. Waarom spelen zoveel Iraanse films zich af in de auto?
Panah Panahi
: ‘Die vraag wordt me in interviews steeds gesteld. Aanvankelijk had ik er niet zo’n uitgesproken antwoord op. Ik zei dat ik niet voor andere filmmakers kon spreken en begon dan over artistieke motieven, maar daar ben ik inmiddels op teruggekomen. Door die interviews ben ik er meer over gaan nadenken en nu vermoed ik dat het voor Iraanse filmmakers vooral een sociale of politieke keuze is. Je moet begrijpen dat wij als volk een bijzondere band hebben met de auto. Zeker Iraniërs die in steden wonen brengen er veel tijd in door. De auto is een soort schuilplaats, een plek die een heerlijk gevoel van vrijheid en privacy biedt. Thuis en in publieke ruimten hebben we vaak het gevoel dat we in de gaten worden gehouden, dat we op onze woorden moeten letten en bijvoorbeeld niet vrij zijn om bepaalde muziek te draaien. In de auto valt dat allemaal weg.’

‘Het gevoel dat je op je hoede moet zijn is toch een soort tweede natuur als je hier woont en werkt’

PANAH PANAHI

Beeld uit Hit the Road

De film heeft een wonderlijke toon, ik wist eerst niet goed of ik met een drama, komedie of een soort parabel te maken had.
‘Ik zal je eerlijk zeggen dat ik dat zelf lange tijd ook niet wist. Het verhaal heeft een ernstig, somber thema, maar ik wilde er geen melodrama of politiek pamflet van maken. Zoiets past niet bij mij. Dus heb ik nogal zitten worstelen met de toon. Uiteindelijk besloot ik maar gewoon op mijn intuïtie te vertrouwen, ook al zou er dan misschien iets ondefinieerbaars uit voortkomen. En ik dacht ook: eenmaal op de set helpen de acteurs me wel om de juiste toon te vinden. En dat gebeurde ook. Tijdens het draaien hebben we veel overlegd en geïmproviseerd, waardoor ik zelf steeds beter ging inzien wat voor film het moest worden.’

In het verhaal blijft veel onbenoemd. Heeft dat mede met de Iraanse censuur te maken?
‘Misschien heb ik daar onbewust rekening mee gehouden. Het gevoel dat je op je hoede moet zijn is toch een soort tweede natuur als je hier woont en werkt, maar het heeft bovenal met mijn karakter te maken. Ik vind het mooi als dingen een beetje mysterieus blijven, als er ruimte overblijft voor eigen interpretatie. En ik ben niet het type dat op een zeepkist klimt en anderen wel even vertelt hoe het zit.’

Moest u het scenario aan de autoriteiten voorleggen?
‘Ja, dat moet altijd. En zoals ik al had verwacht kwam er heel veel commentaar op de eerste versie. Uiteindelijk heb ik een vergunning gekregen met een volledig herschreven scenario. En daarna alsnog gewoon de film gemaakt die ik wilde maken. Kijk, die vergunningen… het is een soort spel, een formaliteit. Wat wel en niet wordt geaccepteerd, valt moeilijk te voorspellen. Je moet het elke keer maar weer afwachten.’

Wordt u daar niet bloednerveus van? U kent als geen ander de risico’s van uw vak – uw vader heeft vanwege zijn werk gevangen gezeten en mag officieel geen films meer maken.
‘Zeker, maar weet je, bijna elk beroep dat je hier uitoefent is riskant. Je krijgt sowieso te maken met absurde regels en onlogische beperkingen. Zo is het leven hier. En juist omdat ik al van jongs af aan omringd ben door filmmakers heb ik een voorsprong, weet ik goed waar ik rekening mee moet houden.’

Hoe verhoudt u zich tot het werk van uw vader, die internationaal veel succes heeft? Was het moeilijk om uw eigen weg te vinden?
‘Absoluut. Dat is de reden waarom ik pas op relatief late leeftijd debuteer. Ik heb veel bewondering voor mijn vader en heb met liefde aan diverse films van hem meegewerkt, maar het kostte me veel moeite om onder zijn schaduw vandaan te kruipen. Ik heb erg getwijfeld of ik mijn eigen stem wel zou kunnen vinden. Op zeker moment heb ik bedacht: het is nu of nooit, óf ik ga nu mijn eigen film maken, óf ik kies voor een ander beroep. Toen kon ik alleen maar concluderen dat ik niets anders wil en dat ik hier goed in ben, en heb ik de knoop doorgehakt. Dat was de beste keuze die ik ooit heb gemaakt.’

Meer over Hit the Road