De film beleefde vorig jaar de wereldpremière tijdens het filmfestival van Toronto. Maar in plaats van een serieuze discussie over de kwaliteiten van de film, ging het achteraf vooral om de lippen van de hoofdrolspeelster. Want had Meg Ryan - aanwezig bij de première - haar lippen nu laten volspuiten of niet? En ging het al niet om de lippen, dan toch om de billen of borsten van de actrice. Want in de erotische thriller In the Cut gaat Ryan regelmatig uit de kleren, en laat ze weinig heel van het brave meisjes-imago dat ze kreeg door films als Sleepless in Seattle en You've Got Mail. Zo zit er in In the Cut een langdurige masturbatiescène die lichtjaren is verwijderd van Ryans nep-orgasme in When Harry Met Sally.
Naast Ryans al dan niet gevulde lippen, of de recente ommezwaai naar serieuzere rollen (Hurlyburly, Proof of Life), valt nog iets op aan In the Cut. Deze Hollywood studiofilm met Amerikaanse megasterren werd geregisseerd door de Nieuw-Zeelandse filmhuisregisseur Jane Campion. Belangrijke vraag: Waarom wilde de maakster van An Angel at My Table en The Piano haar handen branden aan een genrefilm als In the Cut, over een seriemoordenaar die zijn slachtoffers in stukken hakt?
Campion zelf verwijst in interviews naar het gelijknamige boek van Susanna Moore, waarop de film gebaseerd is. Dat de taal daarin zo direct is en eerlijk; dat het nu eens een vrouw is die beschrijft hoe het is om potentieel slachtoffer te zijn van een seriemoordenaar; en dat het gaat om een eenzame vrouw in de grote stad, op zoek naar seks en liefde.
Vooral dat laatste sprak Campion aan. Tijdens het festival in Toronto bekende ze aan de pers: 'Aanvankelijk dacht ik nog dat het een thriller zou worden, maar vanaf het moment dat Moore en ik begonnen met het schrijven van het scenario werd duidelijk dat het belangrijkste voor mij de relaties waren. En ik dacht, oké, het hoeft ook helemaal geen film te worden waarin iedere vijf minuten een deur opengaat en iemand me de stuipen op het lijf jaagt. Ik heb eerlijk gezegd een hekel aan zulke films, dus waarom zou ik er zelf een maken?'
Het thrillerelement in In the Cut stelt dan ook niet veel voor. De identiteit van de seriemoordenaar is voorspelbaar en Campion hield het geweld - bewust - buiten beeld.
Veel aandacht is er daarentegen voor de alleenstaande literatuurlerares Frannie (Ryan), en de mannen die haar pas kruisen. Van de rechtlijnige politie-inspecteur Malloy en diens partner Rodriguez, tot student Cornelius en het labiele ex-vriendje John Graham.
De film wil de kijker doen geloven dat ieder van dit viertal de moordenaar kan zijn, en strooit daarom regelmatig met (valse) aanwijzingen. Het zijn onnodige scènes, die afleiden van waar het in deze film echt om draait: de erotisch geladen relatie tussen Frannie en Malloy. Wat tussen de twee begint als wanhopige seks, verandert langzaam maar zeker in liefde. En daarmee zet Campion de meer voor de hand liggende ontwikkeling op zijn kop: het tweetal start met harde, ranzige seks, zien we vervolgens intiem vrijen, en uiteindelijk kussen ze elkaar als verliefde tieners op de motorkap van een auto.
In the Cut is een film die er uit ziet als een thriller maar geen thriller wil zijn, en dergelijke films lukken maar zelden. Zelfs de afgeraffelde mystery-plot in een film als Robert Altmans verder voortreffelijke Gosford Park gaat wringen. Ook al vond de maker zelf dat hij geen who-dunnit, maar een who cares who-dunnit maakte. Probleem is dat je hoe dan ook verwachtingen wekt, die niet worden ingelost. Zo wordt de broeierige, onheilszwangere toon van In the Cut vanwege het belachelijke einde - een knieval voor het genre, wanneer de ware identiteit van de moordenaar onthuld wordt - pijnlijk ondermijnd.
Hoe goed de film had kunnen zijn blijkt uit de scènes tussen Frannie en Malloy. Hier is Campion duidelijk in haar element. Alle thema's uit haar eerdere films komen samen. De man als bruut en jager (Malloy is pijnlijk direct), even gevaarlijk als onvoorspelbaar. En de vrouw gevangen tussen verlangen en angst. Verlangen naar liefde en een einde aan de eenzaamheid, en angst voor het verlies van de eigen identiteit.
Campions heldinnen worden door de omgeving vaak als gek beschouwd. Schrijfster Janet Frame uit An Angel at My Table wordt - ten onrechte , naar achteraf blijkt - acht jaar in een psychiatrische inrichting opgesloten. In The Piano weigert de gepassioneerde Ada te spreken. Een beslissing die ze al nam in haar jeugd, maar die in de film verder niet wordt uitgelegd. En in Holy Smoke menen de ouders van Ruth dat ze tegen zichzelf beschermd moet worden als ze valt voor een Indiase sekteleider. Ook Frannies gedrag is op het eerste gezicht niet altijd even verstandig. Ze stapt in auto's bij onbekende mannen (en dat in New York!), daalt af in kelders van kroegen (waar ze een stille getuige is van hoe iemand wordt gepijpt, een sleutelscène in de plot) en blijft maar steeds Malloy opzoeken, hoewel ze op een gegeven moment begint te vermoeden dat hij de moordenaar is.
Je zou dergelijk gedrag dom kunnen noemen, gek zelfs, maar het past wel bij de vrouwen in Campions films. Die doen nooit wat van ze verlangd of verwacht wordt. De omgeving mag ze voor gek verklaren, maar - en dat is waarom het werk van Campion vaak feministisch genoemd wordt, ook al gelooft de maakster zelf niet in dergelijke etiketten - hun gekte is een vorm van verzet. En Frannie verzet zich tegen de romantische clichés die de maatschappij haar opdringt. Dat ze moet trouwen, een gezin stichten, carrière maken, gelukkig zijn. Malloy mag in onze ogen lomp en onaangepast zijn, voor Frannie is hij de juiste man op het juiste moment. Alleen jammer dat hij ook degene kan zijn die haar in mootjes wil hakken.
En Meg Ryan? Die is zonder meer geloofwaardig als eenzame, onopvallende lerares in een van New Yorks mindere buurten. Campion was zich zeer wel bewust van het brave meisjes-imago van Ryan en haalt die gelijk onderuit als ze Frannie in een van de eerste scènes laat uitleggen dat broccoli ook slang is voor vrouwelijk schaamhaar. Dit is niet de Ryan die we kennen uit de eerdere films. De goede verstaander wist dat al. De film opent immers met een cover van 'Que será, será', het nummer dat ooit gezongen werd door Doris Day, een actrice die hetzelfde brave meisjes-imago als Ryan had, terwijl ze in werkelijkheid een van Hollywoods seksueel meest actieve vrouwen was (fameus is de quote van pianist/acteur Oscar Levant: 'Ik kende Doris nog uit de tijd vóórdat ze een maagd werd.'
Oorspronkelijk zou Frannie gespeeld worden door Nicole Kidman (nu een van de producenten van de film), die echter vanwege andere projecten moest afhaken. Maar Ryan is beslist geen tweede keus. Met haar 42 jaar is ze zes jaar ouder dan Kidman, zodat haar zoektocht naar liefde net iets wanhopiger en ook aangrijpender wordt.