Volgens de Raad voor Cultuur kan alleen een grootscheepse reddingsoperatie voorkomen dat 45 duizend uur uniek historisch materiaal definitief verloren gaat . 'Het behoud van het audiovisueel geheugen van de 20ste eeuw is van groot maatschappelijk belang', zegt de raad. De filmrollen liggen opgeslagen in het Amsterdamse Filmmuseum en het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid in Hilversum.
In het Deltaplan wijst de raad op de grote populariteit van
historische programma's als Andere Tijden, en op het voortdurende beroep dat
onderwijsinstellingen doen op de filmarchieven. 'De beelden zijn de registratie
van onze geschiedenis en documenteren daarnaast het ontstaan en de invloed van
de hedendaagse beeldcultuur zelf. Het onderwijs doet steeds vaker een beroep op
historisch beeldmateriaal. In die beelden ligt kennis opgeslagen die niet
eenvoudig op een andere manier toegankelijk is.'
Volgens een
woordvoerder zal staatssecretaris Van der Laan later dit jaar inhoudelijk
reageren op het advies. 'We wisten dat dit advies eraan zat te komen, omdat het
buiten de Cultuurnota is gehouden. Maar na de vakantie zullen we er nader op in
gaan.'
De cultuurraad zegt zich te realiseren dat de kosten voor de conserveringsoperatie zeer hoog zijn. Het bedrag van 99 miljoen zou moeten worden uitgekeerd over een periode van zeven jaar. 'Maar de investering is absoluut noodzakelijk, en uitstel is geen optie. Ten eerste omdat uitstel betekent dat een deel van het materiaal zeker verloren gaat, en ten tweede omdat de kosten voor restauratie en conservering van filmmateriaal met elk jaar dat het reddingsproces wordt vooruitgeschoven, verder stijgen.'
Bij conservatie van film worden kwetsuren in het originele materiaal hersteld, waarna de hele film wordt overgezet op een duurzame drager. Digitalisering van analoog filmmateriaal is niet altijd gewenst, zegt de raad, omdat de kwaliteit van digitaal materiaal bij vertoning door projectie vaak nog onvoldoende is.