Het aanbod van Nederlandse kinderfilms is volgens de raad te eenzijdig, de betreffende films hebben te weinig status en het publiek is onvoldoende bekend met de kwaliteit van buitenlandse kinderfilms die vertoond worden in theaters.
Films voor een breed familiepubliek als Minoes, Abeltje en Pietje Bell doen het overigens al wel goed. De raad wil met het advies vooral films en filmmakers steunen die zich richten op een specifiek publiek. 'Binnen deze categorie zijn het vooral de artistieke en buitenlandse films, zoals Knetter, Polleke en Wallahbe, waar zich problemen voordoen op het gebied van productie, distributie en vertoning. Terwijl juist deze films kinderen zowel door hun vorm als door hun inhoud een bredere horizon kunnen bieden', aldus het adviesorgaan.
Het levendige en diverse kinderfilmklimaat in Nederland staat volgens de raad sterk onder druk: 'De eenvormigheid van wat kinderen te zien krijgen wordt steeds groter, of het nu gaat om het populaire animatie-aanbod van Jetix en Nickelodeon , de videoclips van MTV of het bioscoopaanbod dat wordt gedomineerd door Hollywoodfantasieën.'
De raad wijst erop dat de rijksoverheid mede verantwoordelijk is voor het creëren van voorwaarden voor een rijke kinderfilmcultuur. Van der Laan kan daar invulling aan geven door met Publieke Omroep afspraken te maken in prestatiecontracten. Het gaat dan om co- financiering, vertoning en promotie van kinderfilms.
Verder vinden de adviseurs van Van der Laan dat het Nederlands Fonds voor de Film meer prioriteit moet geven aan de kinderfilm, door hiervoor een intendant oftewel een verantwoordelijk ambtenaar aan te stellen. Het fonds moet als het aan de raad ligt een subsidieregeling ontwerpen voor de promotie en marketing van artistieke Nederlandse en buitenlandse kinderfilms.
Volgens de raad doet het Rijk er
goed aan om sterker in te zetten op digitalisering van de films. De kosten van
het uitbrengen van een kinderfilm gaan dan omlaag waardoor het mogelijk wordt om
de rolprent in veel meer theaters en bioscopen te tonen.
Het toekomstige
sectorinstituut Film moet verder een consulent krijgen die zich bezig gaat
houden met de promotie, informatievoorziening en deskundigheidsbevordering op
het gebied van de kinderfilm.
(Bron: ANP)