'I started this journey in search of women who live in between, who live the man within, whatever that means.' Met deze woorden begint de Zwisterse documentairemaakster Gabriel Baur haar film Venus Boyz. De reis begint in de Casanova Club in New York, op een podium waar zogenaamde 'drag kings' (het vrouwelijke equivalent van 'drag queens') gestoken in krijtstreep en met valse snorren en baarden op zoek zijn naar de man in hun zelf.
Venus Boyz (vorig jaar winnaar van de Critic's Week in Locarno) is opgebouwd als estafette. Baur voert ons van de ene king naar de andere, steeds dieper in het grijze gebied tussen man en vrouw. Begonnen wordt met Bridge Markland, de beroemdste king van Duitsland. Zij worstelt met haar geaardheid (bi-seksueel), maar het aannemen van een mannelijke identiteit is voor haar vooral erotisch, en beperkt zich tot het podium van de Casanova Club.
Via een klein dozijn kings en transgender persoonlijkheden - met fantasievolle namen als Mo B. Dick en Queen Bee Luscious - komen we uiteindelijk in Londen terecht bij Del LaGrace Volcano, die zich een 'hermaphrodyke' noemt (kruising van hermafrodiet en dyke=pot). In zijn/haar geval zijn niet alleen de uiterlijke, maar ook de fysieke verschillen tussen man en vrouw vervaagd. Testosteron-injecties verlagen de stem, stoppen de ongesteldheid, reduceren vet en vergroten de clitoris. Del is dan ook niet homo - of bi-seksueel, maar pan-seksueel. Alles tegelijk en van beide een beetje.
Het probleem van Venus Boyz is niet dat de verhalen van alle vrouwen op zich niet interessant zijn; dat zijn ze wel, en vaak ook met veel zwarte humor verteld. Het probleem is dat er te veel verhalen zijn. De film duurt ruim 100 minuten en was ongetwijfeld sterker geweest als enkele personages op de montagevloer waren beland. De vraag is alleen welke. Helaas heeft ook Baur daar het antwoord niet op kunnen vinden.