De feiten
Geboren: 17 juni 1936, Nuneaton, Warwickshire
(Engeland), als Kenneth Loach.
Actief als: regisseur, schrijver, producer.
Eerste film: Catherine (1964), televisiefilm in de BBC-serie Teletales; eerste speelfilm: Poor Cow (1967).
Prijzen: op het
filmfestival van Cannes de Fipresci-prijs in 1979 voor Black Jack, in 1991 voor
Riff-Raff en in 1995 voor Land and Freedom, de juryprijs in 1990 voor Hidden
Agenda en in 1993 voor Raining Stones; op het filmfestival van Berlijn de
Fipresci-prijs in 1972 voor Family Life; Gouden Leeuw voor zijn oeuvre op het
filmfestival van Venetië in 1994; ere-Luipaard op het filmfestival van Locarno
voor zijn oeuvre in 2003;
British Independent Film Award in 1998 voor My
Name Is Joe, plus een Lifetime Achievement Award; Franse César in 1996 voor Land
and Freedom (beste buitenlandse film) en in 2005 voor Ae Fond Kiss... (beste EU
-film); Writers' Guild of Great Britain Award in 1971 voor het scenario van Kes
; London Critics Circle Film Award in 1994 voor Raining Stones, oeuvreprijs van
de Londense critici in 2005; prijs van de vereniging van Franse filmcritici in
1974 voor Family Life, in 1994 voor Raining Stones en in 1996 voor Land and
Freedom; Evening Standard British Film Award in 1994 voor Raining Stones en in
1999 voor zijn hele oeuvre.
Beste film
Met Kes (
1969) maakt Loach al vroeg in zijn carrière de film die als zijn meesterwerk
geldt: het verhaal van een 15-jarige jongen die een uitweg uit zijn troosteloze
leven vindt in een torenvalk, die hij africht - waardoor onvermoede talenten
naar boven komen. Ook zien: Raining Stones (1993), Ladybird Ladybird (1994), My
Name is Joe (1998), Sweet Sixteen (2002) en Ae Fond Kiss... (2004).
Slechtste film
In The Navigators (2001) laat Loach de nuance
achterwege die zijn beste films kenmerkt en komt hij met een schematische
verhandeling over de privatisering van de spoorwegen, die niet weet te boeien.
Handelsmerk
Eén van Loach's vroegste films, Cathy Come
Home (1965) zette de toon voor zijn verdere werk. De BBC-televisiefilm, een
mengeling van fictie en documentaire, vroeg aandacht voor het probleem van
daklozen en stelde het sociale beleid van de Britse regering aan de kaak. Met
succes, want de film lokte een maatschappelijk debat uit en leidde tot de
oprichting van Shelter, een opvang voor daklozen. In zijn sociaal-realistische
films laat Loach vaak de schrijnende gevolgen zien van falend (regerings-)beleid
voor de mensen aan de onderkant van de maatschappij, wier problemen te maken
hebben met armoede, werkloosheid, alcoholisme, misdaad en drugs. In Loach'
optiek betekent economische achterstand een aanzienlijk verminderde kans op
levensgeluk. Zijn beste films zijn geen simplistische politieke pamfletten, maar
aangrijpende drama's die nooit sentimenteel worden, met sterke, geloofwaardige
personages. Loach vertaalt het maatschappelijke probleem dat hij behandelt in
gevoelige verhalen over individuen. In zijn streven naar authenticiteit maakt
Loach vaak gebruik van onbekende, niet-professionele acteurs.
Loach over Loach
'Als film het vermogen heeft om maatschappelijke
verandering teweeg te brengen, zal het een negatief effect hebben, omdat de
meeste films gaan over een man die problemen oplost met een geweer. De ideologie
van mainstream films is heel rechts. Dus je mag God bidden dat film helemaal
geen effect heeft - als dat wel zo is, ziet het er slecht voor ons uit! Wat mijn
films betreft, denk ik dat ze zo nu en dan op een paar mensen enige impact
hebben, meer niet.'
(Cineaste, 1998)
'Een film of
televisieprogramma kan bijdragen aan meningsvorming. Meer kun je niet doen: één
stem toevoegen aan een discussie over een bepaald onderwerp.'
(The
Guardian, 2004)
'Iedereen is natuurlijk tegen werkloosheid, tegen armoede
, tegen geweld in relaties. Je moet in de film een indicatie geven van waarom
die dingen gebeuren. Anders kan iedereen zich de film toeëigenen; en kun je er
allerlei politieke theorieën aan verbinden.'
(Film Scouts, 1995)
'
We hebben bioscopen nodig die worden geprogrammeerd door mensen die van films
houden, niet door mensen die goed zijn in het zorgen voor fast food. Bioscopen
die een breed aanbod hebben en niet op marktwerking drijven. Stel je voor dat je
dat in bibliotheken zou doen: dan zou je er alleen maar boeken van John Grisham
en Jeffrey Archer aantreffen.'
(The Guardian, 2004)