De feiten
Geboren: 28 juli 1952, Zeeland, Noord-
Brabant
Actief als: actrice, regisseur
Eerste film:
Turks Fruit (1973)
Prijzen: Gouden Kalf voor beste actrice voor De
Schorpioen (1984), Gouden Kalf voor beste actrice voor Romeo (1990). In 2000
werd een tegel met Van de Vens handafdrukken onthuld op de Grolsch Filmboulevard
in Utrecht, nadat de film Turks Fruit het Gouden Kalf voor de Beste Nederlandse
Film van de Eeuw had gewonnen.
Beste film
Turks Fruit van Paul Verhoeven. De film werd vorig jaar opgenomen in de canon
van de Nederlandse film en betekende voor Van de Ven haar grote doorbraak. De
actrice vormde met Rutger Hauer een van de meest sprankelende filmkoppels van de
jaren ’70. Ook drie decennia later spatten de vonken nog van het duo af. Van de
Ven speelt de rol van Olga puur en ongedwongen. De scènes met Hauer op de fiets
of in de regen zijn velen dan ook bijgebleven. Turks Fruit wordt lang niet
door iedereen de hemel in geprezen maar is desondanks gezichtsbepalend voor de
Nederlandse cinema geweest. Andere noemenswaardige films in Van de Vens oeuvre
zijn De Aanslag (1986), Iris (1987) en Romeo (1990).
Slechtste film
Er zijn in de afgelopen dertig jaar heel wat
slechte Nederlandse films gemaakt. Aangezien Monique van de Ven in bijna iedere
productie van Nederlandse bodem te zien was, staan er ook een aantal missers
achter haar naam. Zo speelde ze een kantinejuffrouw in de protserige komedie
Hoge hakken, echte liefde. De film hangt aan elkaar van knullige grappen,
slechte timing en dik aangezette stereotypes. Ook in Brandende liefde kwamen Van
de Vens acteerkwaliteiten niet uit de verf. De film is een slap aftreksel van
Turks Fruit waarbij geen enkele sprake is van chemie tussen Van de Ven en
tegenspeler Peter Jan Rens.
Handelsmerk
‘Ik
word nooit gevraagd om een bitch te spelen,’ zei Van de Ven twee jaar geleden
in een interview. De actrice heeft een open, zachte uitstraling, wat het
moeilijk maakt om haar in een kenau-rol te zien. Van de Ven wordt dan ook vooral
geassocieerd met de verleidelijke, vrouwelijke en uitbundige personages die ze
in het begin van haar carrière speelde. Ze vertegenwoordigde de typische girl
next door; zonder kapsones, sexy maar wel bereikbaar. De laatste jaren richtte
ze zich veelal op moederlijke, zorgende rollen zoals in Romeo (1990) en de tv-
film Zadelpijn (2007).
Monique van de Ven over Monique van de
Ven
‘Ik heb een heerlijk leven met geweldige mensen om mij heen
. Maar uiteindelijk ben ik alleen.’
(Volkskrant Magazine, 2008)
‘
Normaal ben ik erg gehecht aan mijn gezin en heb ik helemaal geen zin om een
tijd weg te gaan.’
(Preview, 2007)
‘Ik ben katholiek opgevoed
. Mijn moeder was een spirituele vrouw die mij op mijn elfde al meenam naar
Krishnamurti. Ze was jong weduwe geworden en had behoefte aan verdieping en
houvast. Nu ik ouder word, merk ik dat ik ook meer op zoek ben. Als ik op de
school van mijn elfjarige zoon Sammie de godsdienstjuf zie dan wil ik het liefst
in haar armen duiken en roepen: help me, wijs me de weg.’
(Trouw, 2005)
‘Ik probeer in elke fase van mijn leven toe te werken naar een climax. Turks
Fruit was dat toen ik negentien was, Hoge hakken was het op mijn dertigste,
Romeo op mijn veertigste. Tussendoor heb ik nog eens twee kinderen gebaard –
over hoogtepunten gesproken.’
(Het Parool, 2002)
Het heeft wel
iets veiligs om buiten beeld te blijven. Je wordt dan in elk geval minder snel
op je uiterlijk afgerekend. Je hoeft je niet meer zo druk te maken over een paar
extra rimpels. Ik ben nog niet zo ver dat ik over het verouderingsproces
onverschillig denk so what?, maar dat is wel het gevoel waar ik naartoe wil.
Want de gedachte om me te laten liften staat me tegen. Al die poespas wil ik
helemaal niet.
(AD Magazine, 2001)
‘In Los Angeles kreeg ik de
vrijheid iets uit te proberen zonder direct op m’n bek te gaan. Hier in
Nederland volgde de ene film op de andere, en als ik niet goed speelde viel
iedereen over me heen, ik werd direct beoordeeld. En als je bij je debuut zo
hoog begonnen bent, dan is het moeilijk dat te overstijgen of zelfs maar te
evenaren.’
(Het Parool 1997)
‘Als een dolfijn dook ik uit de
buik van mijn moeder, ik lag direct aan het voeteneind van het bed.’
(NCRV
gids, 1996)
‘We wilden laten zien: we kunnen erover praten, we
willen erover praten. Het is vreselijk maar we leven nog. Er is meer. En we
wilden de stilte verbreken die om ons heen was ontstaan. Wij hadden het gevoel
dat er een scherm hing tussen ons en de mensen. Niemand durfde erover te
beginnen, er was geen gesprek meer mogelijk. Dus we dachten: laten we zelf maar
naar buiten treden. Laten weten: het is bespreekbaar.’ – Over de dood van haar
zoontje Nino.
(Opzij, 1995)
‘Ik leef mijn eigen leven. ’t Is
heerlijk als je kunt inzien dat het allemaal relatief is. Als je bij de telefoon
zit te wachten word je verbitterd. Dat wil ik niet maar soms denk ik, het heeft
ook een beetje met mijn gemakzucht te maken.’
(Vrij Nederland, 1986)
‘Ik was altijd vreselijk bezig met poppetjes, binnen was ik een meisje, maar
buiten een jongen. Altijd in de hoogste boom en tegen alle jongens zeggen dat ze
niet voetballen konden.’
(De Gooi- en Eemlander, 1973)
35 Jaar geleden was er ineens. In Turks fruit. De destijds 20-jarige toneelschoolstudente Monique van de Ven had nooit kunnen vermoeden dat zij het bekendste Wolkersmeisje ooit zou worden. Met meer dan veertig films op haar cv heeft de actrice inmiddels een respectabele staat van dienst. Dat Jan Wolkers na al die jaren nog een belangrijke rol in haar leven speelt, blijkt uit haar beslissing om voor haar regiedebuut een van zijn boeken te verfilmen. Vanaf 20 maart draait haar eerste lange speelfilm Zomerhitte in de bioscoop.