In de schaduw van de met tientallen miljoenen aan marketingdollars
ondersteunde Amerikaanse blockbusters is Kelly Reichardt al vier films lang
bezig om de roadmovie opnieuw uit te vinden. Dat doet ze met discrete,
schijnbaar pretentieloze verhalen die zo ingehouden worden verteld dat je
vanzelf stil wordt om goed te kunnen horen wat ze zegt. Reichardts roadmovies
hebben niet de glamour van
On the Road of
Easy Rider of de zelfgenoegzaamheid van
Lost Highway, wat verder trouwens een fantastische film is. Haar reizigers
bestaan in de marge, angstig en ongehoord en hun avonturen zijn gemankeerd,
omlijnd met verloren illusies.
Het groepje pioniers dat onder
leiding van het titelpersonage het beloofde land hoopt te bereiken via een
kortere route, kan een metafoor zijn voor het Amerikaanse volk dat onder leiding
van George Bush jr. politiek en strategisch de 21ste eeuw werd binnengeloodst.
Met als resultaat slepende conflicten, groeiende ongelijkheid en financiële
crises. Maar op een existentiëler niveau werkt de film als een correctie op het
naïef-optimistische vooruitgangsgeloof, dat mensen aanzet tot zulke hachelijke
ondernemingen als levensgevaarlijke trektochten door de woestijn.
Zo
wordt Meek’s Cutoff deels een kritiek op dat bewierookte verhaal van de
frontier, dat sinds het einde van de negentiende eeuw het symbool is voor het
doorzettingsvermogen van de Amerikanen, maar anderzijds lijkt Reichardt haar
pioniers ook te bewonderen. Half blind onbekend gebied in trekken dwingt ergens
ook respect af.
Dat Reichardt koos voor een beeldverhouding van 4:3
in plaats van het voor film gebruikelijke 16:9 benadrukt trouwens zowel dat
beperkte zicht van haar personages, als het geloof dat de mensen hier de maat
van alle dingen blijven. Zo creëert ze een constante spanning tussen de enorme
ruimte met zijn onbereikbare horizon en zijn geïdealiseerde vrijheid, en de
benauwende kortzichtigheid die uiteindelijk de toekomst van de personages zal
bepalen. Meek’s Cutoff is zo’n film die met de jaren alleen maar groter zal
worden en waarvoor alvast een plek gereserveerd kan worden in de eindejaars top
tien.
Het mooiste aan Kelly Reichardts kale maar wonderlijke roadmovie is de sfeer. Op de glooiende, boomloze vlakten waarover haar groepje pioniers halverwege de negentiende eeuw via de 3400 kilometer lange Oregon Trail naar de Amerikaanse Westkust trekt, voert ze de spanning zo mooi op dat zelfs zoiets eenvoudigs als hout sprokkelen een dwingende kracht krijgt. Er hangt wantrouwen in de lucht. Gevaar zelfs.