Laurence Anyways is geen goedbedoeld drama over transseksualiteit, maar een
breder getrokken pleidooi voor het zien van de persoon achter diens
verschijningsvorm. ‘Our generation can handle this,’ zegt Laurence’ grote liefde
Fred (
Suzanne Clément) tegen zichzelf als ze zijn verborgen verlangen verneemt.
We schrijven begin jaren tachtig. Toch wint de praktijk het keer op keer van het
idealisme in de tien jaar die in de film verstrijken. Het lukt Fred, die in de
filmwereld werkt, maar niet om haar eigen behoeftes (aan een échte man!) te
offeren voor Laurence.
Laurence Anyways is de derde film van de
jonge Canadese cinéast Xavier Dolan, nadat hij furore maakte in Cannes met zijn
debuut
J’ai tué ma mère (2009) en het daaropvolgende
Les amours imaginaires (2010). Laurence Anyways kreeg er dit jaar de Queer
Palm, terwijl de prijs voor de beste actrice werd gegund aan Suzanne Clément,
die Fred speelt.
Hoewel Dolan opnieuw zijn virtuoze gevoel
demonstreert voor poëtische sequenties waarin het zomaar kleren kan sneeuwen, is
Laurence Anyways een nogal onevenwichtige film. Dramatisch sterke, ontroerende
momenten worden afgewisseld met uit de bocht vliegend, potsierlijk spel, in een
film die wanhopig post-avant-garde wil zijn. Dat neemt niet weg dat de tot in de
puntjes verzorgde jaren-tachtigkostuums, art direction en de soundtrack met new
wave- en synthpophits als ‘Fade to Grey’ (van Visage) en ‘Enjoy the Silence’ (
van Depeche Mode) een lust zijn voor oog en oor.
Daar staan een
hoop te lange en overbodige situaties met eindeloos gebabbel en geruzie
tegenover. Broeierige scènes in regen en stegen verraden dat Dolan goed heeft
gekeken naar populaire lovestories over intense, allesverslindende, onmogelijke
liefdes uit de jaren tachtig als
Nine ½ Weeks en
Children of a Lesser God.
Laurence doorloopt alle stadia van
een paria; van in elkaar geramd worden tot de liefdevolle opname temidden van
andere paradijsvogels. Maar als er dan ook nog een abortusdrama om de hoek komt
kijken, heeft Dolan zijn naar pathetiek neigende hand helaas overspeeld.
‘Ecce homo,’ schrijft docent literatuur Laurence (Melvil Poupaud) op het schoolbord als zijn collega’s op de universiteit hem ontslaan omdat hij vrouw wil zijn. Zie de mens. De bijbelse prefect Pilatus sprak de woorden toen hij Jezus aan de meute uitleverde voor hij hem aan het kruis liet spijkeren. Maar meer dan op de verworpen mens slaan de woorden op de intolerante meute die zichzelf te kijk zet.