Daarvoor moet ze wel eerst de bijna ongezond nauwe band met haar vader
doorsnijden. Het helpt dat die, na een hele ris vriendinnen, eindelijk de ware
lijkt te hebben gevonden.
Hemel is het speelfilmdebuut van zowel
filmmaakster Sacha Polak (1982) als actrice Hannah Hoekstra (1988). Een
bijzonder moedig debuut van beiden, want Hemel is geen gemakkelijke film, en
geen gemakkelijk meisje.
Het scenario is van
Helena van der Meulen (Joy, Maite was hier), die zich liet inspireren door
Polaks eindexamenfilm Drang (2008). Die film ging over een meisje dat voor de
spiegel vunzige, uitdagende dialogen met imaginaire mannen heeft. Hemel is min
of meer dat meisje. Maar dan in de echte wereld.
De eerste helft van
de film wipt ze van bed tot bed, zonder ooit verliefd te worden. En de
vriendjes worden – zo mogelijk – nog in bed beledigd. Want niemand komt in de
buurt van vader Gijs (krachtig-ontspannen gespeeld door
Hans Dagelet), die Hemel in zijn eentje heeft opgevoed na de dood van haar
moeder.
Hoekstra speelt Hemel met precies de juiste mengeling van
bravoure en twijfel. Ze is irritant én kwetsbaar. Het feit dat ze extreem dun is
, en vaak naakt, versterkt die kwetsbaarheid. Hemel provoceert en beledigt, maar
omdat ze zo breekbaar is, vergeef je haar veel.
Hemel is onderdeel
van de reeks Oversteek-films en zal te zijner tijd ook op televisie worden
uitgezonden door de VPRO. Toch is Hemel geen televisie. Daar zijn de beelden te
confronterend voor en is het verhaal veel te subtiel. Ook het camerawerk van
Polaks vaste cameraman
Daniël Bouquet (Nothing Personal) is veel te artistiek (lees: onderzoekend
en af en toe out of focus).
Hemel is pure cinema, en dat viel ook
op in Berlijn, waar de film op het afgelopen filmfestival de FIPRESCI-prijs
kreeg, de prijs van de internationale filmkritiek.