Dat zal voor een deel liggen aan het haastige karakter van de productie. Bij
een aantal scènes, zeker in het begin van de film, is duidelijk merkbaar dat er
weinig tijd was om iets opnieuw te doen. Vooral het cruciale moment in de film,
waarop een zanger en een zangeres die elkaar niet kunnen luchten aan elkaar
worden geketend met handboeien, is kinderlijk geacteerd en slecht getimed. Dit
is geheid niet de ultieme take geweest voor regisseur David Mackenzie, maar
eerder de minst slechte, voor hij in razend tempo verder moest naar de volgende
scène.
Een ander probleem is het inspiratieloze scenario, vol slecht
uitgewerkte personages. Goed, het verhaal kon vooraf niet volledig geschreven
worden, omdat personages via improvisaties op festivalgangers en gebeurtenissen
zouden gaan reageren, maar de grote lijnen hadden best wat meer diepgang kunnen
krijgen.
De haat tussen de twee hoofdrolspelers mist intensiteit en
schiet ongeloofwaardig van kleine pesterijtjes (iemand van de wc trekken) naar
echt gemene streken (het moedwillig saboteren van elkaars relaties). Om
vervolgens uit het niets om te slaan naar liefde, enkel omdat de hoofdpersonen
samen een liedje zingen.
De beelden van de echte festivalgangers en
de flarden van optredens die je ziet (of tijdens scènes in de verte hoort),
vormen nog het leukste deel van de film. Pas tijdens de allerlaatste beelden,
waarin een helikoptershot het happy end en het hele festival in volle glorie
toont, schemert de feelgoodfilm door die You Instead had kunnen zijn.
Het plan lijkt even simpel als briljant: een film opnemen tegen het decor van T in the Park, een van de grotere muziekfestivals die Schotland rijk is. Terwijl duizenden bezoekers luisteren en kijken naar hun favoriete bands op de verschillende podia, rondwandelen in de modder en slapen op de campings, crossen cast en crew tussen de drukte door om in vijf dagen een romantische komedie in elkaar te knutselen. Een sympathiek idee, dat echter belabberd is uitgewerkt.