Net als Spike Jonze in Where the Wild Things Are tovert regisseur Froukje Tan in Mijn avonturen door V. Swchwrm de fantasiewereld van een negenjarige jongen tevoorschijn om te laten zien hoe hij obstakels in de realiteit overwint. Jonze was iets ernstiger van toon en zijn kleuren waren donkerder. Bij Tan is de sfeer luchtiger en zijn de kleuren vrolijk. En Tan heeft geen eiland met monsters nodig om een andere werkelijkheid te creëren. Bij haar ligt die gewoon op straat. Met uitgekiende shots en uitstekend gekozen locaties voert ze ons Swchwrms wereld binnen.
Dat is de wereld waarin hij schrijver wil worden, maar het tegen niemand mag zeggen. Anders komt het niet uit. En waarin opa Swchwrm treurt over het verlies van oma. Waarin Swchwrm op een dag besluit om verliefd te worden. En waarin de moskee in de buurt is omgetoverd tot het paleis van de koningin.
Toon Tellegens elegante minimalisme bleef wondermooi bewaard in Helena van der Meulens scenario. Wat is ‘gewoon’ eigenlijk, vraagt Swchwrm zich af. Of ‘bekijks’? Wat een rare woorden. Zo denkt hij na over de logica van volwassenen. En als de schoolmeester verliefd wordt en niet meer zeker weet of acht keer acht wel 64 is, blijkt dat die volwassenen ook wel eens aan het wankelen worden gebracht. Durf te twijfelen, blijf je verwonderen, zegt de film zonder ook maar een seconde opdringerig te worden, en niet alleen tegen de jongste kijkers.
De casting van de jonge Dennis Reinsma voor de rol van Swchwrm was een gouden greep. In zijn dromerig verwonderde en observerende blik ligt de hele film besloten. Natuurlijk is die moskee ook een paleis. En natuurlijk kan het sneeuwen in de zomer. Overal magie, riepen provo’s en kabouters al in de jaren zestig. Overal magie. Dat is het gevoel waarmee je Mijn avonturen door V. Swchwrm verlaat. En net voor het einde verschijnt dan eindelijk die eerste zin ook. Die was er stiekem altijd al. Net als de magie. Hij lag voor het oprapen.
Een laatste zin heeft ie al. En een schuilnaam. Alleen die eerste zin wil maar niet komen. En da’s lastig voor een jongen die schrijver wil worden. Dan zit er dus maar één ding op: de koningin moet komen helpen.