De Belgische scenarist-regisseur Joachim Lafosse, met Nue propriété al in de weer met bijzonder ongemakkelijke familiesituaties, baseerde het verhaal op een gezinsdrama dat zich op 28 februari 2007 in Nijvel afspeelde. Daar bracht een jonge lerares, met zorgtaken overvoerd en stikkend in een complexe en ongezond afhankelijke woonsituatie, haar vijf jonge kinderen een voor een met een keukenmes om het leven. Ze overleefde haar aansluitende zelfmoordpoging.
Dat in À perdre la raison van meet af aan duidelijk is waar het trage geestelijk verval van Murielle op uit zal draaien ontkracht de spanningsopbouw noch het drama zelf. Integendeel: dankzij Lafosses precieze, sobere regie en de virtuoos vloeiende montage van Sophie Vercruysse wordt de sfeer drukkender. En komt de apotheose nog harder aan.
Bizar is vooral hoe het jonge stel Murielle ( Émilie Dequenne) en Mounir ( Tahar Rahim) bij Mounirs adoptievader, de enigmatische huisarts Pinget ( Niels Arestrup), inwoont. De oudere dokter lijkt een altruïst die het de jonggehuwden aan niets laat ontbreken. Zijn toenemende kilheid impliceert echter dat hij het zich snel uitbreidende gezin welhaast als zijn eigendom en Murielle als een lastig weekdier beschouwt.
In de mise-en-scène creëert Lafosse op Polanski-achtige wijze gestaag verontrusting: shots zijn niet zelden vanuit een suggestieve hoek gefilmd waar iets op de voorgrond uit focus is. Kijkt er iemand mee? Zien wij zelf iets dat we niet helemaal kunnen duiden? Naarmate dit Huis clos-achtige drama vordert, betrap je jezelf als toeschouwer erop dat je best even een luchtje zou willen scheppen.
‘U moet ze in Marokko begraven,’ zegt jonge moeder Murielle, doodvermoeid gezicht en slangetje in haar neus, in de openingsscène van À perdre la raison tegen degene aan haar ziekenhuisbed. Ze herhaalt haar woorden. En de kijker weet welke tragedie in deze eerste twee zinnen besloten ligt.
Gaande de aktes oogt Dequenne almaar afgematter en wanhopiger en laat Arestrup zijn gezichtsuitdrukkingen en formuleringen soeverein gedoseerd verharden. Tussen deze twee intens spelende collegae dreigt groentje Rahim soms te verdwijnen. Wanneer hij echter Mounirs licht ontvlambare karakter te spelen krijgt, staat hij er.
Rest de vraag waarom je een relatief vers gruweldrama als dat van de Nijvelse Geneviève L. en haar gezin zou willen verfilmen. De oorspronkelijke echtgenoot/vader – die inmiddels hertrouwde – en arts/weldoener keerden zich van meet af aan tegen Lafosses project. Geneviève L. zit levenslang in de Brusselse Berkendael-gevangenis. Yasmine, Nora, Myriam, Mina en Medhi liggen begraven in Agadir.