Dat Yann (fraaie rol van acteur/regisseur
Guillaume Canet) geen man van woorden maar daden is, weten we dan al uit de
gloedvolle openingsscène, waarin hij Nadia voor het eerst ontmoet en gelijk in
haar bed belandt. Hij is een hemelbestormer, impulsief en koppig, die Nadia uit
haar veilige leventje sleurt. En dus krijgt het paradijs in razend tempo
gestalte: leningen worden afgesloten, de grond wordt gekocht en vanuit hun
caravan ziet het nieuwe gezin hoe hun dromen worden verwezenlijkt.
Had regisseur Cédric Kahn Une vie meilleure een jaar of zes eerder gemaakt,
misschien dat we ze dan nog een kleine kans hadden gegeven. Anno 2013 weten we
echter vanaf het moment dat Yann bij gebrek aan eigen vermogen zijn toevlucht
tot dubieuze kredieten zoekt, hoe dit gaat eindigen: in bittere armoede.
Kahn, voor wie het grauwe realisme een verrassende uitstap is van de stijlvolle
thrillers die hij hiervoor maakte, en co-scenarist
Catherine Paillé schreven Une vie meilleure in eerste instantie als kritiek
op de banken, die het in hun visie voor de minder fortuinlijken haast onmogelijk
maken om aan hun armoede te ontsnappen. Gelukkig is het eindresultaat meer
familiedrama dan pamflet, waarin de fragiele band tussen Slimane en substituut-
vader Yann steeds meer naar de voorgrond kruipt.
Hoe dieper ze
richting de afgrond afglijden, des te verbitterder raakt hun relatie. Maar
tegelijkertijd groeit ook het besef dat ze niet meer zonder elkaar kunnen.
Tweehonderd euro per maand is waar ze nog maar van leven, de buurt waar ze
noodgedwongen naar verhuizen is het afvoerputje van Parijs. En toch is daar heel
soms de glimlach. Als ze samen gaan zeevissen bijvoorbeeld, en Slimane uit
doodsangst voor een gevangen vis het uitgilt. Om even later aan Yann te vragen
of hij het liever niet aan zijn moeder wil vertellen.
Het zijn
vooral die momenten waarin Kahn te midden van alle misère de laatste restjes
liefde en tederheid vindt, die van een subtiele schoonheid zijn.
Het dient zich aan in de vorm van een verlaten bouwval nabij een idyllisch meertje: de kans op een beter leven. Voor dertiger Yann – opgeleid als kok, maar noodgedwongen werkend in een deprimerende schoolkantine – biedt het krot de mogelijkheid zijn eigen restaurant te beginnen, om eindelijk vrij te zijn van de 'klootzakken' in de chique Parijse horecawereld die hem keer op keer een baan weigerden. Zijn kersverse vriendin Nadia ziet vooral een nieuwe toekomst voor haar negenjarige zoontje Slimane. En Slimane zelf, die droomt van een bos vol dieren, waarvan hij de koning is.