Allemaal vragen die in de film (het subtiele scenario is van
Lotje IJzermans) eerst worden opgeworpen en vervolgens worden beantwoord. We
geven niet veel weg als we zeggen dat Wards vrouw is overleden. Wanneer precies
weten we niet, wel dat hij het verlies nog lang niet verwerkt heeft.
Na een ongeluk van de Roemeen (die, natuurlijk, zijn klusser was) zit Ward
ineens met diens zoontje opgescheept. Hij besluit het jochie naar zijn moeder in
Roemenië te brengen. Die hij dan wel eerst moet vinden, want ook zij is het
werk achterna gereisd en zou ergens bij de Zwarte Zee moeten zijn.
Door die reis stapt Ward – voor het eerst sinds de dood van zijn vrouw – uit
zijn eigen verdriet, en kan hij eindelijk beginnen aan rouwverwerking.
A Long Story is het speelfilmdebuut van regisseur
Jorien van Nes (42 jaar), die hiervoor een handvol documentaires maakte en
een tweetal korte films, waarvan de laatste –
Den Helder (2008) – werd onderscheiden met een Gouden Kalf.
Ook
in Den Helder – over twee broers met geheimen – bleef veel onbenoemd. Van Nes
houdt blijkbaar van emotionele onderstromen die het gedrag van haar personages
bepalen. Maar waar het in Den Helder nog geheimen zijn, is het in A Long Story
vooral verdriet, en dat is – voor de kijker in ieder geval – een stuk minder
spannend.
Dat de film toch blijft boeien is dankzij het eerlijke,
nooit sentimentele of gemakkelijke verhaal, en vanwege een formidabele prestatie
van acteur Raymond Thiry, die ondanks zijn kalme uiterlijk de hele tijd een
innerlijke storm weet te suggereren.
Het duurt even voordat de puzzelstukjes bij A Long Story in elkaar vallen. Want wat doet die Roemeen bij vijftiger Ward? Waarom is hij daar met zijn zoontje? En waarom zegt Ward, als de Roemeen vraagt of hij vrouw en kinderen heeft: 'That's a long story'?