En dus spraken Laurel en Hardy hun grollen voortaan niet alleen uit in het
Engels, maar ook – fonetisch – in allerlei andere talen. En werden diverse grote
publieksfilms 's avonds na de reguliere draaidagen nogmaals opgenomen met
exotische casts. (Leuk detail: de Spaanstalige versie van Drácula uit 1931, met
Carlos Villarías in de
Bela Lugosi-rol, is volgens veel kenners beter dan het origineel.)
Dit ouderwetse alternatief voor – veel goedkopere, maar commercieel onhandige
– ondertitels herleeft nu in de Noorse avonturenfilm Kon-Tiki, over de
gelijknamige zee-expeditie van ontdekkingsreiziger Thor Heyerdahl. Op een deel
dat zich in Amerika afspeelt na, zijn alle scènes dubbel opgenomen: eerst in het
Noors en daarna nog eens in het Engels.
De makers hadden kortom
veel over voor een commercieel succes. Wel begrijpelijk, want met een budget van
zo'n twaalf miljoen euro is Kon-Tiki de duurste Noorse film ooit. De moeite is
ruimschoots beloond: de film brak in eigen land alle box office-records, werd
genomineerd voor een Oscar voor beste buitenlandse film en kreeg een brede
distributie in de VS.
Inhoudelijk is er wel een keerzijde. Niet
alleen klinkt het Engels-met-Scandinavisch-accent in de internationale versie (
die in Nederland draait) nogal suf, ook op andere vlakken maakt Kon-Tiki een wat
behaagzieke indruk. Personages hebben één overzichtelijke dimensie, alles wordt
steeds voor de eenvoudigste kijker uitgelegd en de oneffenheden in het verhaal
zijn keurig gladgestreken.
Wat voor oneffenheden bevat deze
geschiedenis dan zoal? Wel, de opzet van Heyerdahls expeditie is niet
onomstreden. In 1948 maakte de avonturier met vijf landgenoten een vlotreis over
de Grote Oceaan in de hoop te kunnen bewijzen dat de oorspronkelijke bewoners
van Polynesië uit Zuid-Amerika kwamen. De wetenschap trok zich echter weinig aan
van zijn theorie – niet vóór en niet na de reis. En dan Heyerdahl zelf: was dat
een onverschrokken held of eerder een roekeloze fanaat die zes levens riskeerde
voor een onbeduidende missie?
De film kiest ondubbelzinnig voor het
eerste, in navolging van de Oscarwinnende documentaire die Heyerdahl zelf over
de expeditie maakte in 1950. Kon-Tiki is een ouderwets heldenverhaal, een
jongensboekavontuur vol bloeddorstige haaien, woeste stormen, eindeloze
sterrenhemels en stoere mannen met baarden. En het moet gezegd: als zodanig is
de film behoorlijk geslaagd. De effecten overtuigen, de regie is soepel en soms
zelfs spectaculair.
Dat regisseurs Joachim Rønning en Espen Sandberg
intussen aan een dure Hollywoodthriller werken, komt niet als een verrassing.
Toen in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw de geluidsfilm opkwam, zaten de studio's met een probleem: hoe moest de internationale markt hun films nu volgen? Oplossing: meerdere versies opnemen.