Maar tegelijkertijd doet het digitale spektakel terugverlangen naar de
bordkartonnen Technicolor-magie uit
The Wizard of Oz (1939), de iconische musical gebaseerd op de boeken van L.
Frank Baum, waar Oz The Great and Powerful de officieuze proloog op vormt. Net
als bij de Star Wars-prequels kan ook hier alle hypermoderne pracht en praal
niet maskeren dat het niveau van het origineel nergens wordt benaderd.
Een schande is dat natuurlijk niet: The Wizard of Oz is misschien wel het beste
dat Hollywood ooit voor de jongste kijkers heeft voortgebracht. En vermakelijk
is de film wel degelijk, met dank aan de eeuwig grijnzende
James Franco, die op heerlijk guitige wijze de hoofdrol van de charmante
maar egoïstische kermisgoochelaar Oscar 'Oz' Diggs speelt.
Net als
Dorothy wordt hij vanuit Kansas door een tornado naar het door heksen en '
munchkins' bevolkte Oz geslingerd, om direct te worden onthaald als de tovenaar
uit de profetie, de nieuwe koning die het volk zal bevrijden van de kwade heks
die het land al jarenlang in duisternis hult.
De wijze waarop hij
zich met zijn aardse trucjes en charlatankunsten een weg naar de schatkamer van
Oz probeert te wurmen, houdt de film luchtig en amusant, maar dat kan helaas
niet worden gezegd van de overige personages. Het aapje Finley (
Zach Braff) dat Oz eeuwige trouw belooft nadat hij hem van een leeuw heeft
gered, de drie heksen (
Mila Kunis,
Rachel Weisz en
Michelle Williams) die om de macht strijden: het zijn personages met weinig
substantie, flets en ongeïnspireerd.
Heel soms is de magie daar, in
de persoon van het naamloze porseleinen meisje dat door Oz weer aan elkaar wordt
gelijmd. Het geluid van haar voetstapjes, de droevige blik in haar ogen, de
venijnige opmerkingen die je van zo'n schattig figuurtje niet verwacht. Een
wonderschone creatie, die de makers aan het einde van het filmseizoen vast alle
mogelijke technische vakprijzen zal opleveren.
Maar het is te
spaarzaam, en uiteindelijk blijft de betovering uit.
Disneys terugkeer naar het magische land van Oz is een wonder der techniek. Met enen en nullen creëerden regisseur Sam Raimi (Evil Dead, de Spider-Man-trilogie) en zijn crew van digitale tovenaars een fonkelend en felgekleurd sprookjestoneel, met pratende apen, vliegende bavianen en een schattig meisje van porselein. Ook in het onvermijdelijke 3D ziet het er prachtig uit. Al blijven de momenten waarop objecten op de toeschouwer afvliegen irritant en lelijk.