De volgende dag wacht Julien, zoals de jongeman heet, Suzanne op na haar werk . De meeste mannen praten meer, zegt Suzanne als ze een wandelingetje maken. Dat lukt niet bij jou, zegt Julien, en hij pakt Suzanne's hand. Daarna zijn de twee onafscheidelijk. 'Suzanne is het beste wat mij ooit is overkomen,' zegt Julien tegen haar zus Maria. 'Ik laat haar nooit in de steek.'
In haar tweede langspeelfilm meandert de Frans-Ivoriaanse cineaste Katell Quillévéré door het leven van een jonge, egocentrische vrouw die kiest voor een gevaarlijk- foute man. Onvoorwaardelijk. Met alle gevolgen van dien.
De focus ligt niet op de criminaliteit. Quillévéré deed weliswaar research naar de Française Jeanne Schneider, die een onstuimige relatie had met de beruchte Franse crimineel Jacques Mesrine (goed voor de snoeiharde gangsterfilms Mesrine : L'instinct de mort en Mesrine: L'ennemi public № 1), maar haar film is geen Bonny and Clyde (of Antonio en Enise) en ook geen Estelle-Badr-sage.
In Suzanne draait het om de pijnlijke gevolgen die de 'amour fou' en Suzanne's daaruit volgende keuzes hebben voor de andere mensen in haar leven: voor haar dominante, maar liefhebbende alleenstaande vader, voor haar zus en haar zoontje. De film omspant een periode van 25 jaar, waaruit Quillévéré losse flarden toont; fragmenten uit een leven, zonder exacte tijdsaanduidingen, soms van op het eerste gezicht heel gewone, triviale gebeurtenissen.
Veel blijft buiten beeld; Quillévéré laat níet zien dat de nog piepjonge Suzanne een vrijer heeft, maar laat haar vader opdraven bij de schooldirecteur, die hem vertelt dat zijn dochter zwanger is. Nadat hij haar het huis heeft uitgestuurd, vertelt vader een lifter – en dus de kijker – dat hij Suzanne al een jaar niet heeft gezien.
Soms wil Suzanne wat al te nadrukkelijk onnadrukkelijk zijn, maar het naturelle spel, met name van de Franse opkomende ster Sara Forestier (Suzanne) en Paul Hamy (Julien) vergoedt veel, net als de sfeerrijke muziek en de fraaie art direction. Het maakt Suzanne tot een onalledaagse combinatie van een familiekroniek, een (actieloze) gangstersage, een liefdesverhaal en een indringende karakterstudie (zonder al te veel gepsychologiseer) van een jonge vrouw die dagdroomt én zonder dralen haar eigen pad kiest.
Opeens is hij daar, op de renbaan: een jongeman met sluik, bruin haar, een peuk in zijn mondhoek, een ringetje in zijn linkeroor en borsthaar dat boven zijn wijd openstaande trainingsjackie uit komt. Hij tipt de frêle Suzanne op welke paarden ze moet wedden, die natuurlijk ook winnen. Suzanne's zoontje Charlie kijkt vol bewondering naar hem op.