Agatha (Mia Wasikowska), een 18-jarig meisje met brandwondenlittekens, trekt naar Hollywood waar ze aan de slag kan als ‘klusjeshoer’ voor Havana Segrand (Julianne Moore), een actrice die weigert te accepteren dat ze op haar retour is.

 

Havana is licht geobsedeerd door stank – een onbewuste associatie met verrotting en verval.  Ze laat haar lichaam en geest regelmatig bewerken door haar beroemde scientology coach (John Cusack), die teksten bezigt als “mensen komen in ons leven met een reden.” Zijn vrouw (Olivia Williams) waakt ondertussen – als manager – over de reputatie en marktwaarde van hun zoon Benjie (Evan Bird), een even populair als onuitstaanbaar tieneridool.

Zowel Havana als Benjie worden geplaagd door geesten uit het verleden in Cronenberg’s stemmige portret van de Hollywood adel. Na de wat te eerbiedige boekverfilmingen Cosmopolis en A Dangerous Method keert hij daarmee terug naar zijn oude vorm – in beide betekenissen van het woord. De koortsdromen die zijn handelsmerk zijn, staan weer garant voor een werk van niveau. Julianne Moore verdiende er in Cannes de prijs voor beste actrice mee.

Hollywood stond de laatste jaren in films al te kijk als het thuis van vallende (The Artist, 2011), verveelde ( Somewhere, 2010), getroubleerde ( My week with Marilyn, 2011), of ronduit verknipte filmsterren ( Tropic Thunder, 2008). Daarna ging het in de uitzinnige komedie This is the End (2013) geheel te gronde als brandende hel. Op dat spoor borduurt Cronenberg voort, met een stel manipulatieve huichelaars wiens persoonlijkheid en privéleven is geïnfecteerd door imago en marktwaarde.

Waar in het verleden heel wat films over Hollywood in de vorm werden gegoten van al dan niet tragische romances, trekt scenarist Bruce Wagner (o.a. A Nightmare on Elm Street 3) de lijn nu onverbiddellijk door naar incestueuze verhoudingen. De boodschap: nu de Amerikaanse droom dood is, is Hollywood geïmplodeerd tot een egocentrisch, immoreel oord dat enkel luistert naar de wetten van het geld. Bakermat van heel wat gestoorde types.

Maps to the Stars is soap, psychothriller en inktzwarte komedie in één. Broeierig en naar, maar vaak ook onwaarschijnlijk grappig. Met als regelmatig terugkerende mantra een gedicht over vrijheid van de surrealistische franse dichter Paul Éluard, dat hij schreef tijdens de nazi-bezetting van Frankrijk. Dat is het soort humor waar deze film op drijft. Zie ook de getypecaste studiobazen met hun uitgestreken koppen in hun brede, glimmende pakken. De snoeiharde, cynische dialogen van Wagner zijn een onsje komischer dan we van Cronenberg gewend zijn, al brengt hij ze gortdroog. Zo zegt tienerster Benjie over zijn nieuwe filmrol tegen een vriend: “Ze deden me een aanbod dat m’n moeder niet kon weigeren.”

Meer over Maps to the Stars