1994 was het jaar van Jim Carrey. Alle drie de films van de Canadese bekkentrekker − Ace Ventura: Pet Detective, The Mask en Dumb & Dumber − belandden toentertijd op de eerste plaats van de Amerikaanse box-office. Maar nu, precies twintig jaar later, zit zijn carrière als leading man behoorlijk in het slop.

Heel gek is het dan ook niet dat Carrey teruggrijpt naar gelukkigere tijden. In Dumb and Dumber To, een direct vervolg op de cultklassieker van twee decennia geleden, kruipt hij terug in de huid van leeghoofd Lloyd, die samen met zijn al even stupide beste vriend Harry (Jeff Daniels) een nieuw doldwaas avontuur beleeft.

Het verhaal is net zo flinterdun als in het origineel. Waar Lloyd en Harry in 1994 het halve land door reisden om een koffer vol losgeld terug te brengen naar de vrouw van hun dromen, gaan ze ditmaal op pad − in respectievelijk een lijkwagen en een ijsdweilmachine − om een pakketje af te leveren bij Harry's volwassen dochter. Een dochter van wier bestaan hij tot voor kort niet afwist, tot hij op zoek ging naar een geschikte nierdonor.

De rest laat zich gemakkelijk invullen, met wederom een stel karikaturale boeven, dat verwoede pogingen doet het hersenloze tweetal uit de weg te ruimen, en een mooi meisje dat hun hechte vriendschap dreigt op te breken. Een vrijwel exacte herhaling van zetten dus, met als enige aanpassing dat Lloyd en Harry twintig jaar ouder zijn. Al valt daar weinig van te merken.

Jim Carrey en Jeff Daniels in Dumb and Dumber To

Gelukkig maar, want een film als Dumb and Dumber To is niet gebaat bij een doordacht plot. Onderbroekenlol, daar draait het om. En de slapstick-liefhebber wordt ook dit keer niet teleurgesteld. Van kattenscheetjes tot het vingeren van een bejaarde vrouw in een verpleegtehuis; het hele spectrum van de minder vernuftige humor passeert weer de revue. In razend tempo, zoals we gewend zijn van regisseurs Bobby en Peter Farrelly (die debuteerden met Dumb & Dumber).
   
Zeker niet elke grap is geslaagd (zie bejaarde vrouw), maar uiteindelijk doet Dumb and Dumber To verrassend genoeg weinig onder voor het origineel. Met dank aan de onweerstaanbare chemie tussen Daniels en Carrey. Hun onnozelheid is nog net zo aandoenlijk als twintig jaar geleden.

En Carrey? Die bewijst met zijn elastische gezicht en rubberen ledematen nog altijd de lach aan zijn kont te hebben hangen.

Meer over Dumb and Dumber To