Veelbelovende woorden. Maar een rauw en pijnlijk liefdesdrama is The Fault in Our Stars toch niet geworden. En dat viel ook wel te verwachten, gezien de specifieke doelgroep, en het oeuvre van producenten Wyck Godfrey en Marty Bowen , die eerder Twilight naar het witte doek brachten. Ze kochten de filmrechten nog voordat Green zijn boek publiceerde.
Een meesterzet, want Greens simpele verhaal had in boekvorm al alles in zich om een nieuwe klassieker in het tranentrekkergenre te worden. Met als hoofdingrediënten een prachtige romance gedoemd om in treurnis te eindigen, en de nodige humor om dat onvermijdelijke lot te verzachten.
Hazel ( Shailene Woodley) ontmoet haar grote liefde Augustus tijdens een praatgroep voor (voormalige) kankerpatiënten. Zij is het vroegwijze meisje dat door haar ziekte het merendeel van de tijd doorbrengt met haar favoriete boek, hij de zelfingenomen clown die haar uit het isolement trekt.
Hun romance ontvouwt zich traag, met altijd de angst voor een terugkeer van Hazels longkanker in het achterhoofd. Tot Hazel eindelijk de kans krijgt haar droomreis naar Amsterdam – Green schreef zijn roman als writer-in-residence van het Nederlands Letterenfonds – te maken om de kluizenaarsauteur van haar lievelingsboek te ontmoeten. Op nota bene de zolderverdieping van het Anne Frank Huis vindt uiteindelijk hun grote, epische eerste kus plaats. Met een handjevol klappende toeristen om hen heen.
Mocht dat klinken als mierzoet, over-de-top Amerikaans sentimentalisme: dat klopt. Bij vlagen is The Fault in Our Stars om te huilen zo fout, vooral tijdens de sleutelscènes. En Hazel lijdt duidelijk aan de Hollywood-variant van kanker, waarbij men er ook tijdens de meest donkere momenten nog prachtig uitziet.
Maar uiteindelijk valt of staat een film als deze met de chemie tussen de twee hoofdpersonages. En rijzende sterren Shailene Woodley en Ansel Elgort spelen Hazel en Augustus als tegenpolen die perfect aan elkaar gewaagd zijn, en voor elkaar gemaakt lijken.
Bovendien wordt de tenenkrommende Hollywood-toon regelmatig teruggedrongen door het scherpe en geestige scenario van Scott Neustadter en Michael H. Weber, die eerder verantwoordelijk waren voor het briljante (500) Days of Summer. De typische indie-sfeer die ze toevoegen, inclusief een prachtige soundtrack met onder meer Jake Bugg en Ray LaMontagne, redt uiteindelijk dit tranendal met twee gezichten.