Bovenstaande gebeurtenissen zouden een hele film kunnen beslaan, maar in
Marco van Geffens In jouw naam vormen ze slechts het begin. In sneltreinvaart
racen we door die gebeurtenissen heen. Na een half minuutje ambulance zitten we
al bij de dokter die vertelt dat hun baby is overleden.
Het is Van
Geffen dan ook niet te doen om het drama van de dood, maar om de verwerking van
die tragedie. En wat er gebeurt als de manieren van verwerken bijna
onoverbrugbaar ver uitelkaar liggen. Want waar Els na een poosje weer vooruit
wil, kan Ton niet meer verder. Doorgaan voelt als verraad aan zijn dode dochter
.
In jouw naam is het tweede deel – na
Onder ons (2011) – in
Van Geffens Vinex-trilogie over ‘het drama van het gelukkige gezin’. Het is
maar de vraag of de film veel bewoners van die Vinex-wijken zal bereiken, want
daarvoor is de vertelstijl te afstandelijk, abstract en intellectueel.
Van Geffen geeft ons slechts brokjes informatie, waar we zelf een passend
verhaal van moeten maken. En hij blijft bewust weg van grote emotionele momenten
. Zelfs in de fraai gefilmde scène waarin we van bovenaf zien hoe Ton en Els aan
het vecht-vrijen zijn (zij zoekt toenadering, hij duwt haar steeds weg), houdt
hij ons op afstand door hun geluiden te overstemmen met muziek.
De
afstand die hij zo creëert maakt het – zelfs voor de geoefende
filmhuisliefhebber – moeilijk zich met de personages te identificeren. Iets waar
ook de hardwerkende acteurs
Barry Atsma (Ton) en
Lotte Verbeek (Els) weinig aan kunnen veranderen.
En zonder die
empathie is In jouw naam een weliswaar intelligente, maar ook koude film
geworden. Die ondanks de bescheiden 88 minuten veel te lang voelt.
Wat zien ze er gelukkig uit, die Ton en Els. En wat zijn ze blij. Met elkaar en met hun eerste kindje dat binnenkort geboren zal worden. ‘Een dochter, ik weet het zeker,’ zegt Ton. Dat kindje komt er ook, en inderdaad een dochter, maar nog voordat het een naam heeft overlijdt het alweer.